A$AP Rocky krijgt zijn creativiteit onder controle op ‘Testing’

door Jasper De Spiegeleer

A$AP Rocky, in het dagelijkse leven Rakim Mayers, geniet dan wel van enorm veel mainstream-succes, toch heeft hij nooit achter trends moeten aanhuppelen. Sinds zijn mixtape ‘Live.Love.A$ap’ verraste de rapper de wereld met uitgeholde cloud rap en lo-fi beats gehuld in een Gucci-jasje. Daarbovenop bleek hij een meester van de esthetiek: de cover waarop Rocky voor een Amerikaanse vlag staat, heeft ondertussen iconenstatus bereikt en hij wordt geprezen voor zijn uitstekende kledingkeuze. Dat leverde hem modellenwerk voor Dior en een samenwerking met topontwerper Raf Simons op. Lord Pretty Flacko was geboren.

Rocky’s vorige eclectische album ‘At.Long.Last.A$ap’ bevatte een ongeziene mix van hiphop, electronica en psychedelische indiepop. Op ‘Testing’ doet hij er nog een schepje bovenop: voorsmaakje ‘A$ap forever’, met een heel aanwezige sample van ‘Porcelain’ van Moby, gaat alle kanten uit met bedwelmende snaargeluiden en wazige vocals. De laatste keer dat Moby en hiphop elkaar kruisten dateert uit 2002: toen kreeg hij het aan de stok met Eminem. Op het uiteindelijke album haalt de rapper collega’s T.I. en de immer experimentele Kid Cudi erbij. De interessante keuze van samples blijft terugkomen doorheen het album. Zo rapt Mayers op ‘Tony tone’, het eerste nummer waarop A$AP’s swagger in het album sluipt, over de vertraagde saxofoon van ‘Man inside’ van Britse jazzmuzikant Roger Webb. ‘Brotha man’ heeft zijn ontspannen funky vibe dan weer te danken aan ‘Intermission’ van soulicoon Lee Fields. De meest indrukwekkende sample zit in ‘Purity’, waar Rocky gebruik maakt van het kwetsbare ‘I got a fine peace of mind’ van Lauryn Hill.

De doffe, verstoorde vocals vormen de rode draad doorheen het album. Toch klinkt geen enkel nummer gelijkaardig en is variatie het kernwoord van ‘Testing’. Weliswaar met behulp van een hele resem creatieve krachten. ‘Praise the lord’, met en geproduceerd door Skepta, is opgebouwd rond een simpel fluitachtig deuntje dat elke grimefan kan bekoren. Dev Hynes verzorgt misschien wel het beste nummer van het album, op ‘Hun43rd’ kijkt Mayers nostalgisch terug op drugs verkopen op straathoeken en modetips aannemen van Cam’ron. Maar de grootste bijkomende creatieve kracht heet, zoals te verwachten, Frank Ocean. Hij verschijnt op het soulvolle ‘Brotha man’ naast Snoop Dogg en French Montana en het door akoestische gitaar gestuurde ‘Purity’. Dat laatste lijkt meer beïnvloed door Ocean dan door Rocky zelf.

Waar het op ‘At. Long. Last. A$ap’ soms nog ongestuurd experimenteren leek, is het op ‘Testing’ puur gecontroleerde creativiteit. Rocky toont zich een enorm veelzijdige artiest die perfect weet met welke mensen hij zich moet omringen. Ook tilt hij het geheel tekstueel een niveau hoger: een overdaad aan vrouwen, drugs en geld maakt plaats voor nummers zoals het geruststellende ‘Kids turn out fine’ of ‘Changes’, waarop Rocky terugkijkt op een gebroken relatie en zijn playboy-imago zelf lichtjes afbreekt. A$AP Rocky toont zich zo veel meer dan een pretty boy rapper gehuld in dure kledij.