Jenny Hval schuurt de poprandjes af op ‘The practice of love’

door Yannick Verhasselt

Geïnspireerd op de gelijknamige film van Valie Export uit 1985, spitst Jenny Hval zich voor haar volgende casestudie – na vampieren in al zijn facetten op ‘Blood bitch‘ en hoe een postmoderne samenleving er volgens haar uitziet op ‘Apocalyps, girl’ – toe op hét motief voor het maken van muziek: liefde. De romantische gesimplificeerde definitie van het woord is echter slechts een verzamelterm, net zoals de film als ‘drama’ werd gecategoriseerd.

In tegenstelling tot de film ziet Hval liefde niet enkel als iets seksueel of objectiserend, dat in het geval van het hoofdpersonage onmogelijk wordt bevonden. Ze behandelt liefde eerder op basis van wat het met zich mee of voort kan brengen. In ‘Lions’ kan dat gewoon de natuur zijn waarin Hval en gast-vocaliste Vivian Wang oprecht hun omgeving observeren en daar een bepaalde soort schoonheid in vinden. ‘High Alice’ lijkt daarop een vervolg te zijn, waarin het personage zich verder waagt in een wereld die bevreemdend aanvoelt maar zalving vindt in zichzelf en in het dierlijke dat mensen naar elkaar toe drijft.

Volgens het transcendentale spoken word-stukje in het hart van de plaat probeert Vivian Wang het betreffende woord te definiëren. Laura Jean en Jenny Hval keuvelen voornamelijk over partnerkeuzes, hoe ieders levensloop er structureel – en dus ook het beoefenen van de liefde – hetzelfde uitziet en hoe klein we als mens zijn binnen onze wereld bestaande uit miljoenen ecosystemen. Of juist niet, wanneer twee vrouwen in ‘Accident’ met elkaar op Skype over hun enorme schuldgevoelens praten over het niet willen van kinderen en troost lijken te vinden in elkaars normdoorbrekende verhalen. Op het einde van het album wijdt Hval in ‘The ordinary’ zelfs nog een stukje uit over overspel tussen twee collega’s op het werk, hoewel dat waarschijnlijk helaas meer voorkomt dan we zouden kunnen denken.

Wat naast het onderwerp van de plaat het meeste opvalt is de instrumentatiekeuze die lijkt te balanceren tussen in vervoering brengen, dansbare doch vederlichte trancy synthpop van een Björk of een Kate Bush en percussie die op sommige nummers zelfs naar triphop neigt. Die nostalgische factoren en klanken die Hval integreert, maken van ‘The practice of love’ waarschijnlijk haar meest toegankelijke album uit haar discografie, dat bovendien niet moet onderdoen voor haar meer avant-garde getinte albums.