Pond-frontman Nicholas Allbrook breekt los uit alle hokjes op excellente plaat ‘Pure gardiya’

door Gilles Dierickx

Nicholas Allbrook, die ken je als ex-bassist van Tame Impala (de periode vóór Currents), en van dochter-zootje ongeregeld Pond, dat hun psychedelische rock-‘n-roll vorig jaar nog naar de Club van Pukkelpop bracht. De man doet daarnaast ook aan soloplaten en daarvan is ‘Pure gardiya’ het tweede bewijs. Na zijn debuut uit 2014 was het al duidelijk dat Allbrooks creativiteit niet enkel stroomt uit het vaatje van de (gitaar)psychedelica en bluesrock, maar evengoed een meer elektronisch klankpalet opzoekt. Met dit album worden er nog eens tien keer zo veel registers opengetrokken, en door elke vorm van beperking kopje onder te duwen, bewijst de Australiër zo dat hokjesdenken écht niets voorstelt.

Want hoe anders kan een bombastische, naar Tom Waits neigende pianoballad (‘Advance’) naadloos aansluiten op de simpele maar experimenterende folk van ‘In the gutter by the park’n’ride’? ‘Pyramids and cranes’ en ‘Billy leary’ halen het dan weer bij uitgepuurde elektronische drumpatronen – met een abrupt, licht glamrockerig einde bij die laatste – waarop Allbrook ongebreideld speelt met strijkers, dissonante gitaren en een heel spectrum aan vocale probeersels. Lange nummers wel, waardoor de valkuil van ‘niet meer dan achtergrondmuziek’ eigenlijk maar net vermeden wordt.

Nu ja, zo erg is dat niet, gezien die flauwheid ook snel wordt verholpen: op ‘A fool there was’ en het avant-gardistische ‘Career (a letter to Kim)’ deelt Sonic Youth het bed met Connan Mockasin. In feite zegt dat genoeg, maar dus: intrigerend, verrassend, ongewoon en net genoeg binnen de lijntjes om toegankelijk te blijven. Afsluiter ‘Deer’ zouden we dan weer bijna durven labelen als ‘post-klassiek’ (maar ‘post’ zegt eigenlijk niets dus we doen dat toch maar beter niet). In elk geval weerklinkt er een dynamisch geheel aan pianocomposities, versierd door grillige strijkers en zachte cymbalen die er tegelijk net ook niet wíllen zijn. Die Franse stemsample maakt het hele nummer zo bijna tot iets wat Nicholas Jaar zou inzenden mocht hij aan de Koning Elizabethwedstrijd hebben deelgenomen. Wauw.

Psychedelica – minstens in de brede zin van het woord – is dus eigenlijk nooit echt weg bij Nicholas Allbrook: niet zelden is een nummer bevreemdend, meeslepend en/of vol vervorming. Toch is het vooral dat hele gamma aan stijlen en eigenzinnige tussenvormen die van ‘Pure gardiya’ zo’n fijn plaatje maken. Ten slotte moéten we dus gewoon nog even benadrukken wat een geweldig ruimdenkend en creatief muzikant Allbrook is. We snappen nu ook waarom hij Tame Impala liet voor wat het was: één bas ruilde hij in voor een schijbaar onbeperkt laboratorium aan muzikale uitlatingen. Al blijft die openingsriff van ‘It wasn’t meant to be’ toch ook een echt pareltje. En blijft Pond erg vet. Soit, punt gemaakt: geweldige muzikant.

OPGELET! Nicholas Allbrook speelt nu vrijdag (3 juni) in De Zwerver in Leffinge (info en tickets). Wij geven tickets weg, mail naar tom.bola@indiestyle.be om kans te maken!