Randy Newman maakt zich nog onsterfelijker met ‘Dark matter’

door Frederik Jacobs

Randy Newman is zo’n artiest die zijn genialiteit niet meer hoeft te bewijzen; ook al maakt de 73-jarige Amerikaan nog tien slechte albums, zijn naam zal gegarandeerd vetgedrukt staan in de muziekgeschiedenisboeken. Platen als ‘Sail away’ en ‘Good old boys’ zullen hun relevantie nooit verliezen, en ‘s mans kenmerkende pianotoetsen zullen voor eeuwig gegrift staan in het geheugen van de doorsnee Pixar-liefhebber. En tóch doet hij het weer.

Het was van het sterke ‘Harps and angels’ uit 2008 geleden dat Newman nog een plaat met nieuw materiaal uitbracht dat niet als soundtrack diende. Met de ‘songbooks’ die hij het voorbije anderhalf decennium op de wereld losliet, leek hij zich dan ook al samenvattend neer te leggen bij de eindigheid van zijn discografie. Op ‘Dark matter’ vat hij zijn carrière eveneens samen, maar dan met nieuw materiaal.

Zo heet hij ons op zijn nieuwe plaat welkom met het ambitieuze ‘The great debate’, een acht minuten durende broadwayshow waarin wetenschappers en religieuzen het tegen elkaar opnemen. Ze buigen zich over zaken als de evolutietheorie en global warming, worstelend doorheen cynische dialogen zoals we van Newman gewoon zijn. De tempowisselingen en het onverwachts opduiken van een religieus gospelkoor zorgen voor een dynamiek die het nummer de volle acht minuten boeiend houdt. Een rap battle op z’n Newmans.

Het sarcasme is nooit ver weg, zo bewijzen onder mee de ode aan ‘Putin’ – het dameskoor dat aan de voeten van de Russische heerser neerzijgt spreekt zijn naam uit als ‘puddin’ – en ‘It’s a jungle out there’, een wijsheid die op ironische wijze luidkeels gepredikt wordt. ‘Sonny boy’, gebaseerd op een waargebeurd verhaal over twee bluesmuzikanten met dezelfde naam, lijkt dan weer weggelopen uit een absurde film van de Coen Brothers.  Onze mondhoeken krullen echter het felst omhoog wanneer JFK tijdens ‘Brothers’ vlak voor de invasie van de Varkensbaai aan broer Bobby zijn liefde voor Cubaanse zangeres Celia Cruz uit de doeken doet, en de song vervolgens ontaardt in een zwoele salsa.

Randy Newman werkt naast je lachspieren ook op je gemoed. Het hartverscheurende ‘Lost without you’ lijkt een vervolg op ‘Living without you’ uit 1968, en schets de autobiografische situatie waarin Randy’s vader – verknocht aan medicatie – voor een laatste keer de kinderen meeneemt naar het sterfbed van zijn vrouw. Nog zo’n doodeerlijke song is het dankbare ‘She chose me’, een zelfreflecterende liefdesballad van een zeventiger die even teder als simpel is (Every night I thank the lucky stars above me that someone as beautiful as she could really love me”) en muzikaal wel erg hard doet denken aan het voor Sarah McLachlan en Toy Story 2 geschreven ‘When she loved me’. Er zijn ergere dubbelgangers.

Afsluitend trandendal ‘Wandering boy’ bevestigt wat we al vanaf song een vermoedden: ‘Dark matter’ is een typisch Randy Newman-album, zowel in stijl als kwaliteit. Bloedmooie strijkers, tedere pianotoetsen, atypische maar oppercharmante zang en om elke hoek loerend cynisme vormen alweer een mokerslag van een plaat. Ons rechteroog heeft zich meermaals gesloten; het ene moment als antwoord op de ironische knipoog van Newman, het andere moment om een traan weg te pinken. Vakmanschap pur sang.