Tranen van goud op Marlon Williams ‘Make way for love’

door Dries Vaesen

Hij is slechts 27, maar met zijn jongste album benadrukt Marlon Williams dat hij niet hoeft onder te doen voor grote namen zoals Roy Orbison, Elvis Presley of Tracy Chapman. De twijfelachtige zoektocht naar eigenheid op zijn titelloze debuutplaat legde de eerste steen voor deze opvolger. Op ‘Make way for love’ trakteert de Nieuw-Zeelandse expat ons op een meer dan waardige opvolger van zijn debuut en geeft hij ons een minutieuze inkijk in een obscuur liefdesverhaal.

Diegenen die Williams’ debuut beluisterd hebben, weten alvast dat de zanger er niet voor terugdeinst ons in zijn muziek mee te nemen op een smalende liefdestournee. Op ‘Make way for love’ vertelt hij het verhaal van een stukgelopen relatie, waar zijn ex-vriendin Aldous Harding hoogstwaarschijnlijk voor iets tussen zit. De breuk tussen de twee vormde het perfecte kader voor wat voor beide artiesten zou uitmonden in een nieuw album. Hoe triest de liefdesbreuk tussen de twee landgenoten ook moge zijn, het heeft ons aan beide kanten hoe dan ook prachtige nummers opgeleverd. Harding verschijnt niet geheel verrassend op het album tijdens het nummer ‘Nobody gets what they want anymore’, dat vorig jaar reeds verscheen.

Williams heeft geen tijd voor zielig geleuter en kijkt tegenslag liefst recht in de ogen. De beduidend optimistische lijn van zijn eerste plaat wordt op een sombere en beheerste manier doorgetrokken, met ‘Party boy’ en ‘I know a jeweller’ als beste bewijs. In vergelijking met zijn debuut is deze plaat wel eigenzinniger en meer rechtdoorzee. Met enkel eigen nummers durft Williams zich meer dan ooit bloot te geven, en slaagt hij erin om met een deprimerende maar opgeluchte retoriek gevoelens met ervaringen te verbinden. En net omdat hij een dualistische positie aanneemt, kan iedereen in elk nummer een perspectief vinden dat bij zich past. “Didn’t make a plan to break your heart, but it was the sweetest thing I’d ever done”, zoals het klinkt op ‘I didn’t make a plan’, is daar een mooi voorbeeld van.

Williams is jong, maar zijn timbre is matuur. Zijn passionele en klassieke sound zorgt ervoor dat we onze gedachten moeiteloos kunnen verplaatsen naar een stereotiep, stoffig jazzcafé in New York. De sublieme synthese van wijlen Elvis Presley en Roy Orbison, versterkt met invloeden van Damien Jurado en Angel Olsen is een genot om naar te luisteren. De zoektocht naar eigenheid komt op deze plaat dan ook meer dan op zijn debuut mooi tot zijn recht.

Wie zin heeft in een avondje vol bitterzoete tearjerkers met een optimistische tik, kan op 11 april terecht in de Ancienne Belgique. Dan treedt Williams op, met zijn oude compagnon Delaney Davidson als voorprogramma. Meer info en tickets vind je hier.