Voorspelbare krokodillentranen op ‘Cry’ van Cigarettes After Sex

door Quinten Jacobs

Greg Gonzalez is het type songwriter die er in slaagt een heartbreak te verwerken door een pracht van een album bij elkaar te schrijven. Toen de Texaan in 2012 als Cigarettes After Sex zijn eerste ep uitbracht (met single ‘Nothing’s gonna hurt you baby’) belandden z’n nummers nog vooral in Spotifyplaylisten en Youtubealgoritmes om mee in slaap te vallen. Na de release van enkele singles in aanloop van het zelfgetitelde debuutalbum, groeide Cigarettes After Sex uit tot een echte revelatie. Nummers als ‘Apocalypse’ en ‘K.’ werden bijna dreampopanthems en tournees over heel de wereld volgden.

Een stukgelopen relatie later is Cigarettes After Sex terug. Met ‘Cry’ blijft het succesrecept van de band ongewijzigd: de zalvende stem van Gonzalez, gitaarmelodieën gedrenkt in reverb, lieflijke synths en trage drums. Dat zorgt voor mooie nummers, maar het legt tegelijk ook de enorme zwakte van de band bloot. Het is letterlijk alleen maar gewoon mooi.

Eerst het positieve: de melodieën zijn bij momenten van Wilcoiaanse kwaliteit. De manier waarop Gonzalez de gitaar-en zanglijnen in elkaar laat krullen, is erg knap gedaan. De noten die hij doorheen een nummer bij elkaar smacht, wijken best vaak af van de ‘akkoordnoten’ van de gitaar, zonder daarom dissonant te klinken. Dat geldt ook omgekeerd; de balans tussen de momenten waarop de gitaar even vrij mag gaan wandelen in het universum dat Cigarettes After Sex creëert, zijn mooi in balans met de meer voorspelbare passages waarin de gitaar zo consonant mogelijk klinkt. Alles klinkt als het logische gevolg van het voorgaande en dat is een kwaliteit waar menig songwriter jaloers op is.

Als geheel is ‘Cry’ echter een teleurstelling. Ja, de wereld van Cigarettes After Sex voelt heel warm en veilig aan, maar op ‘Cry’ vooral dodelijk saai. Het viertal blijft 40 minuten lang in nagenoeg hetzelfde tempo, want net als je denkt dat de band een beetje gaat versnellen (‘Touch’, ‘Heavenly’), haalt Gonzalez de voet weer van het gaspedaal en lijkt hij te berusten in zijn verdriet. Echt intens wordt het op die manier nooit.

Ook qua instrumentatie en arrangementen kopieert de band bijna zijn debuutplaat. Exact dezelfde gitaarklank, dezelfde slaapwandelende baslijnen en vooral de eentonigheid zijn puur gif voor een intense luisterervaring. Muzikaal vernieuwt Cigarettes After Sex ook niet (voeg (een light versie van) Beach House toe aan Mazzy Star et voilà) en zo is ‘Cry’ ook productioneel nooit echt interessant.  Als de songs dan ook nog eens minder zijn dan op het debuutalbum, dan gaat het met de relevantie van de discografie van een dreampopband steil bergaf. Het album biedt 40 minuten nieuwe muziek maar geen enkel nieuw idee.

Cigarettes After Sex zal ook nu weer mensen een knoop van verdriet in hun maag bezorgen en journalisten termen als ‘bloedmooi’, ‘een plaat voor onder een warm dekentje’ en ‘authentieke slowpop’ doen gebruiken. Misschien kan ‘Cry’ hier en daar een traantje veroorzaken, maar als de Amerikanen er niet snel in slagen iets nieuws toe te voegen aan hun sound is de deur naar de muzikale meerwaardezoeker helemaal dicht.

Cigarettes After Sex speelt op 7 november een uitverkochte show in het Koninklijk Circus.