De verborgen schatten van 2014

door Filip Tyskens

Om de vrienden van onze redacteurs en redactrices te sparen, laten we ze voor één keer in plaats van op de sociale media hier hun zegje doen over hun laatste ontdekkingen die schandelijk genegeerd worden. Hieronder vind je tien steengoede platen uit 2014 die alle aandacht van de wereld verdienen, maar simpelweg niet genoeg opgepikt werden door andere kanalen.

Mitski – Bury me at makeout creek

Elk jaar duikt er wel een kleinschalige release op die ondergetekende helemaal melig krijgt. Dit jaar bleek dat ‘Bury me at makeout creek’, de derde langspeler van Mitski. De gevoelens waarover de noisepop-singer-songwriter zingt, komen doorheen de geluidsgolven tot leven en haar emoties worden perfect begeleid door onstuimige gitaarstormen die een al even wisselvallige gemoedstoestand hebben als de artieste. (TK)

Samaris – Silkidrangar 

Het mysterieuze IJsland schonk ons dit jaar een heel straf album van Samaris. Het trio combineert ijzige electronica met het warmere geluid van een klarinet. Daarboven nestelt de zachte stem van zangeres Jófríður Ákadóttir zich. Hoogtepunt ‘Hafið’ was voor ondergetekende meteen ook één van de meest bezwerende en verslavende nummers van 2014. (AS)

Samaris

Grimmsons – Grimmsons 

Deze postrock-/sludgeband ontstond uit een samenwerking van gitarist Free Duran en zanger Sven Stockmans, beide doorgewinterde muzikanten uit de hardere, Antwerpse scene. Ondergetekende ontdekte hun eerste ep een week geleden, en met songs als ‘Infinity’ of ‘Erika’ zal dit vijftal vlak voor de feestdagen alsnog voor een fikse uppercut zorgen. In de gaten te houden. (FT)

Trent Reznor & Atticus Ross – Gone girl OST

Ondergetekende weet dat we ons bij Indiestyle niet vaak bezighouden met het recenseren van soundtracks, maar voor dit pareltje van NIN-frontman Reznor en componist Ross hadden we een uitzondering mogen maken. Lichtjaren verwijderd van de bombast van een Hans Zimmer of John Williams drapeerde dit duo een uiterst sfeervolle ambient-deken over ‘Gone girl’, het zoveelste meesterwek van David Fincher. (FT)

The Guru Guru – Live ep

Door de opleiding aan de Hasseltse pop- en rockschool is het soms moeilijk om bij te houden welke spannende groepen uit die studierichting voortkomen, maar The Guru Guru is er een die absoluut jouw aandacht verdient. Dit vijftal klinkt zo manisch gestoord dat het onmogelijk is hen zuiver op te nemen, en dus werden alle songs op deze ep live in de studio ingespeeld. Let vooral op opener ‘SPL’, dat begint als een schmaltzig popnummer en je daarna zonder ooit nog los te laten in de proggy spacenoise van de groep sleurt. (FT)

DZ Deathrays

DZ Deathrays – Black rat

In hun thuisland kunnen de Australiërs van DZ Deathrays op heel wat erkenning en bijval rekenen en met hun tweede plaat ‘Black rat’ braken ze dit jaar ook in de rest van de wereld enkele muzikale potten. De dansbare trashpunk is tegelijk catchy en dreigend en komt het best tot uiting op compacte kopstootjes zoals ‘Gina works at hearts’, hoewel het er soms ook iets kalmer aan toe gaat. Een beheerste oefening in de nobele kunst van de sloperij. (MG)

SD Laika – That’s harakiri

2014 bleek het jaar waarin grime een nieuwe adem vond en terugkeerde in duizend en één verschillende vormen. Eén daarvan was de harakiri-stijl van Tri Angle-horrorproducer SD Laika. Met zijn debuutalbum probeerde de Amerikaan je muziek meer dan ooit fysiek te laten voelen en daar slaagde hij met glans in. Op zijn best stompte de muzikant je tien keer in even veel seconden met een harde vuistslag in de maag, op zijn slechts deed ie eigenlijk hetzelfde. (TK)

Fear of Men – Loom

Fear of Men heeft met ‘Loom’ één van de dreampopparels van het jaar gemaakt. Wat het album zo heerlijk maakt, is de charmerende vertrouwdheid die elke luisterbeurt weer schenkt, zonder dat het ooit eenvoudig of eentonig klinkt. De fluisterende zang zorgt steeds weer voor een warme gloed in je hersenpan en de zoete gitaarklanken werken gegarandeerd beter dan een handvol yogasessies als ontspanningsmiddel. (TK)

Moodoïd

Moodoïd – Le Monde MÖÖ

Pablo Padovani, gitarist van Melody’s Echo Chamber, verzamelde een vrouwelijke band rond zich en startte een nieuw project, Moodïd genaamd, om al zijn knotsgekke muzikale fantasieën te verwezelijken. Debuutalbum ‘Le monde MÖÖ’ is een psychedelische reis door dit imaginaire land, waar een oosters briesje blaast en het glitters regent. Bedwelmende golven van mysterieuze klanken en frisse Franstalige zang komen op je af en blijven als een wolk rond je hoofd hangen. (IW)

Lydia Ainsworth – Right from real

Elk jaar brengt Arbutus wel een paar enorm fijne plaatjes van Canadese artiesten uit en dit jaar bleek Lydia Ainsworths ‘Right from real’ één van de absolute toppers. De plaat klonk rijk, georkestreerd en fabelachtig. Op een bepaalde manier slaagde de klassiek geschoolde artieste erin om met haar sound feëerieke landschappen op te roepen en met haar stem betoverde de muzikante al evenzeer. (TK)

Foto’s: Samaris door André Joosse, DZ Deathrays door Anneke Peeters en Moodoïd door Bert Savels