Foto's + verslag Dour festival dag 1, donderdag 18 juli 2013

door Andre Joosse
Yeah Yeah Yeahs
Yeah Yeah Yeahs
Yeah Yeah Yeahs
Yeah Yeah Yeahs
The Horrors
The Horrors
White Denim
White Denim
Charles Bradley
Charles Bradley
Half Moon Run
The 1975
The 1975
Trentemøller
Trentemøller
Jungle By Night
Tomahawk
Tomahawk
Brett Summers
BadBadNotGood

Foto’s Andre Joosse, verslag Thomas Konings

Hoewel de kans op smelten reëel was, zochten we gisterenmiddag al onze kracht en moed bijeen om jullie verslag te brengen van de eerste optredens op het Dour Festival. Wordt de modderpoel van 2012 dit jaar na enkele dagen een stoffige woestijn?

Beginnen deden we met The 1975, een stel Britten dat wij associëren met Fall Out Boy. De groep bewees gisteren echter meer in z’n mars te hebben, en gaf een een meer dan behoorlijk optreden weg, waarbij de band minder flauw klonk dan op plaat.

Daarna bleven we plakken in de Marquee voor een optreden van White Denim. De Amerikanen kan je bezwaarlijk een festivalband noemen. Hun nummers zijn sowieso niet echt toegankelijk, het gezelschap rijgt al haar songs aaneen tot één geheel en van interactie met het publiek is er ook amper sprake. We plantten onszelf dan maar neer en merkten dat White Denim wel een erg ontspannend concert gaf, dat zeker bij de hoge temperaturen tot zijn recht kwam.

BADBADNOTGOOD bracht vervolgens een optreden dat z’n naam alle eer aandoet. We overdrijven lichtjes, maar het Canadese trio wist ons enkel te overtuigen met twee covers, eentje van Flying Lotus en eentje van TNGHT. De eigen nummers zijn dan wel spannend op papier, de mix van elektronica, hip-hop en jazz pakt live niet zo goed uit. Dat is althans onze mening, de rest van het publiek ging gewillig mee in het concert en ging voor een eerste keer uit zijn dak.

BRNS mocht tonen wat het waard was in de grote Marquee. De Brusselaars klinken erg internationaal, maar hebben toch betere nummers nodig om ook daadwerkelijk in het buitenland door te kunnen breken. ‘Mexico’ is een hit, een knaller, een hoogtepunt. De andere songs liggen in dezelfde lijn, maar missen die catchy hook van het doorbraaknummer. Niet dat we ons verveelden tijdens het optreden, zeker niet. We dansten, we lachten, we zongen, maar beseften vooral dat de band misschien nog wel meer potentieel heeft.

Ondanks de brandende zon kregen The Horrors het voor mekaar om met hun kille sfeertje de hele zaal in te pakken. Faris en de zijnen speelden een psychedelische meeslepende set, die ons vanaf begin meegezogen kreeg. De Britten waren op hun best wanneer ze epische gitaarmuren steentje per steentje opbouwden, maar brachten ook tijdens de minder grootse passages muziek om van te smullen. Onze persoonlijk favoriet was ‘Sea Within Sea’, maar eigenlijk vormde de hele set één lang gerekt hoogtepunt. Als je ze nu gemist hebt, volgt een tweede – niet te missen – kans op Leffingeleuren.

Alvorens naar Bonobo te gaan, namen we een kijkje bij Action Bronson. De hip-hopper rapte snedig, de in-your-face producties sloegen in als bommen en de hele tent stond in brand. Bijna spijtig dat we op tijd moesten vertrekken richting Dance Hall. Daar bracht de Brit Simon Green (Bonobo voor de vrienden) de talrijk opgekomen menigte in beweging met een erg afwisselende show. We hebben het dan niet alleen over de podiumbezetting – soms stond de producer alleen on stage, op andere momenten waren ze met zijn zessen – maar ook qua stijl was er veel variatie. Van dreamy songs tot dikke rave, de diversiteit aan geluiden zorgde voor een optreden dat op geen enkel moment verveelde. Echt uitschieters waren er niet, maar we beleefden een amusant concert van een erg dankbare meneer.

Daarna haastten we ons naar Yeah Yeah Yeahs, die voor de geïnteresseerden – dat waren er niet veel – een opzwepende rock-‘n-rollshow gaven. Al vroeg werd het publiek getrakteerd op ‘Heads Will Roll’ (‘Hepsenrol’ in de Vlaamse volksmond), daarna maakten Karen O en co indruk met losgeslagen songs als ‘Zero’ en vooral ‘Date With The Night’.

Niet alles was even perfect aan dit optreden, vooral tijdens ‘Sacrilege’ liep het even fout, maar dat maakt de Amerikanen er net sympathieker op. De groep geeft een spontane indruk, geeft het beeld een ongeleid projectiel te zijn dat doet waar het zin in heeft. De energie spat ervan af en wij kunnen alleen maar blij zijn en springen. Karen O is bovendien zo’n frontvrouw die niet alleen een show kan neerzetten, maar daarnaast ook een hele wei in gang kan krijgen. Wij lieten ons gaan en hadden daarna geen elektronische muziek meer nodig om helemaal uit ons dak te gaan.

Dat doen we vrijdag dan weer wel wanneer onder andere Rustie en Cashmere Cat op het programma staan, naast andere mooie namen als Jacco Gardner, Mark Lanegan en The Vaccines. Voor info & tickets moet je op www.dourfestival.be/live2013 zijn.