Björk – Vulnicura: pijnlijke wonden likken

door Sven Volckerijck

We kennen mensen zat die Björk niet kunnen uitstaan. De IJslandse klinkt hen te zweverig, haar stem vinden ze te kinderlijk en haar uitspraak van het Engels te poppemie-achtig. Die mensen zal de zangeres ook met deze worp niet kunnen bekeren, al verhult die herkenbare zang nu dat de ellende die de plaat voorafging en die tot de geboorte ervan leidde Björk heel diep de put insleepte. Op ‘Vulnicura’ doet de artieste muzikaal verslag van haar val en wederopstanding.

Van de springerige indiepop met The Sugarcubes over het speelse, experimenteel-poppy ‘Debut’ en ‘Post’ tot de verkenningen van muziek, stem en het universum in haar recentere platen: het parcours dat Björk aflegde de voorbije decennia oogt indrukwekkend. Tegelijkertijd is het één geworden waarbij nieuwe luisteraars vinden niet altijd even succesvol bleek als oude fans meenemen. Toen de muzikante uiteenging met levenspartner Matthew Barney stortte haar wereld in, en dat vertaalde zich een album waarop ze zich als singer-songwriter ging opstellen. Naar wat ze Pitchfork toevertrouwde, had ze al heel wat materiaal geschreven voor strijkers toen ze Alejandro Ghersi, beter bekend als Arca, leerde kennen. De Venezolaan zou de juiste keuze blijken om haar ultieme break-up plaat te maken.

‘Vulnicura’ beluisteren herinnert ons in zekere zin aan ‘Sea change’ van Beck. Ook die artiest gooide het roer drastisch om met als doel zijn verloren liefde en wat dat met hem deed te verwerken. Het leverde een prachtalbum op dat verbaasde blikken en oren oogstte. In beide gevallen verloor ondergetekende de muzikant in kwestie stilaan wat uit het oog en zowel toen als nu werd de aandacht opnieuw gevat. Wat Björk presteert op ‘Vulnicura’ is van een schoonheid die zich als een waterlelie openvouwt, enkel ‘s nachts voor wie aandachtig is en geduldig wacht.

Aan de cello in opener ‘Stonemilker’ worden spaarzame beats toegevoegd. De vocalen klinken beheerst en producer Arca weet perfect de balans te bewaken tussen reiken en inhouden. We horen een vrouw die zich kwetsbaar opstelt, niet langer het schreeuwerige zangeresje van ‘It’s oh so quiet’. Ook de ultieme kandidaat voor de Nobelprijs voor de vrede van voorganger ‘Biophilia’ heeft plaats moeten ruimen. Dat blijkt duidelijker in ‘Notget’ waarin de persoonlijke tragedie een bezadigde, alle perspectieven in rekening brengende natuur in de weg staan. De strijkers klinken boos en ontdaan en de zangeres vecht als een duivel in een wijwatervat om grip te krijgen op een desintegrerende wereld om zich heen. ‘History of touches’ klinkt als de bitterheid van herinneringen eerder dan hun troost. Het verlies is te vers en de wonde te gapend. Daar zo open over zingen als Björk doet is een hele prestatie, maar de muzikale inkleding die daaraan gekoppeld wordt een huzarenstuk dat zijn gelijke amper kent. De Venezolaans-IJslandse tandem overtuigt zonder overdonderen, imponeert zonder kijk-mij-eens-pochen. ‘Black lake’ is het triestigste dat we de afgelopen jaren hoorden. Toch bevat dit lied zoveel meer dan tristesse, en niet voor niets geldt hij als de sleutelsong van de hele plaat.

In ‘Atom dance’ krijgen we in eerste instantie a capella zang, zij het dat die mijlenver afligt van wat Björk bracht voor ‘Selmasongs’, de soundtrack van ‘Dancer in the dark’. Geleidelijk sluipt er met de pizzicato’s wat twinkeling in het lied en de herrijzenis lijkt ingezet. De melancholieke gastvocalen van Antony Hegarty op een bedje van hypermoderne bassen en beats leggen: een balans en contrast die ook van dit nummer een te koesteren parel maken. Opvallend is trouwens hoe de feniksachtige opstanding muzikaal gepaard gaat met de meest hedendaagse geluiden waarin we de hand van Arca herkennen.

Björk likt haar wonden en met negen songs die soms ruimschoots de tijd nemen en een korte, krachtige afsluiter levert ze ons een cyclus af die haar eigen muzikale groeiproces illustreert en vervolledigt. Wij gaan dit album nog heel vaak beluisteren.

Björk maakte nog geen optredens in onze contreien bekend, maar het loont vast de moeite haar website in het oog te houden voor toekomstige concerten.