Broeierige nachtwandelingen op ‘Nocturnal souls’ van Tropics

door Jens Wijnants

Tropics is het project van multi-instrumentalist Chris Ward, die sinds 2010 garant staat voor sensuele danspasjes. Zijn laatste langspeler ‘Rapture’ puurde vooral uit electronica met geprogrammeerde beats en mijmerende synthesizerklanken waarbij we ons vooal nachtelijke escapades inbeelden. Met ‘Nocturnal souls’ geldt die beeldspraak als inspiratie voor de albumtitel en wordt de nachtelijke ziel haast rechtstreeks aangesproken.

Ward kiest op ‘Nocturnal souls’ voor live-instrumentatie zonder de electronica helemaal uit het oog te verliezen. Die verandering in timbre zorgt nog steeds voor dezelfde uitkomst; humeurige soulmuziek met ditmaal een jazz-inslag die het best valt te beluisteren op een privéaangelegenheid in een lounge tijdens een broeierige zomernacht. Binnentreden op het feest doen we met ‘Never letting go’ dat met een korte intro meteen aanzet tot zwoele bewegingen. De falset van Ward, die wervelt over de hoekige drumpatronen, doet ons bij vlagen denken aan de stem van Mile Milosh (Rhye) zij het iets minder zacht en minder breekbaar. Voor opvolger ‘Keep me turning back’ schakelt Ward de hulp in van zijn vrienden uit Badbadnotgood. Zij ontleende hem de instrumentatie en samen stonden ze in voor de productie resulterend in wederom een zwoel, sensueel nummer.

Een grote inspiratiebron voor ‘Nocturnal souls’ komt uit de soundtrack van de Franse film ‘Le marriage collectif’ uit 1971. Hij benoemt het werk van Jean Pierre Mirouze als zijn katalysator voor de nieuwe plaat. I think the album’s sound works on many levels. For those moments where you just want music on in the background which really sets a mood.” Laat dat nu net het gevoel zijn dat wij krijgen als we ‘Nocturnal souls’ opzetten en hoewel Ward toegeeft dat niets echt klinkt als op de soundtrack, horen wij door bossanova ritmes met bijhorende conga’s toch wat overeenkomsten in ‘Velvet’. Op ‘The heat’ broeit de temperatuur parallel met de exotische geladenheid door de gelikte wah-gitaar en aangeblazen dwarsfluiten. Op ‘Return to’ krijgen we tenslotte een mooie samenvatting van ‘Nocturnal souls’. De invloed van Badbadnotgood komt door de saxofoonsolo nog een tweede keer aan bod, orgels en Frans ingesproken samples geven de vintagesfeer van ‘Le marriage collectif’ weer en strakke drumpatronen vragen ons een laatste keer ten dans.

Dat het broeit op ‘Nocturnal souls’ is nu wel duidelijk. Ondanks dat Chris Ward afgestapt blijkt te zijn van elektronische ambience is zijn nieuwe plaat een logische evolutie van zijn kunnen. ‘Nocturnal souls’ is een ideale plaat om op de achtergrond op te zetten, maar kan mits aandachtig inlevingsvermogen tot veel meer in staat zijn. Ward laat jammer genoeg weten dat de lp zijn laatste is onder de naam ‘Tropics’ maar werkt al naarstig aan een nieuw project.