Circa Waves grijpt terug naar verleden op ‘What’s it like over there’

door Annelies Rom

Met ‘What’s it like over there’ slaat Circa Waves een nieuwe richting uit. Ze kiezen ervoor om de grote hype te volgen en combineren hun gitaren en pianotoetsen met elektronische muziek. Het werd een album dat meerdere luisterbeurten nodig had, om daarna te beslissen dat de Liverpoolse band veel beter kan dan dit.

‘What’s it like over there’ opent heel erg idyllisch. We worden meegenomen naar kabbelend water, wat ons meteen doet dromen van warme avonden en zomerse stranden waar het heerlijk vertoeven is. Aan het einde van de intro horen we de motor van een auto starten, we kunnen dus beginnen aan de rit. Gordels vast? Het wordt uiteindelijk een rit met heel wat ups en downs. Waar hun vorige album ‘Different creatures’ diepere onderwerpen aansneed, grijpt Circa Waves hier terug naar de makkelijkere onderwerpen als liefde en afscheid. Het klinkt soms bijna als een mixtape van een zestienjarige voor zijn eerste vriendinnetje.

Het album telt zowel uptempo als tragere songs, waarvan ‘Me, myself and Hollywood’ er een van is. Afgaande op een tiental keren dezelfde zin als refrein (“just me, myself and Hollywood“), had de band duidelijk niet zoveel tekstuele inspiratie. Als je je echter focust op de instrumentale kant, dan merk je dat er een fijne gitaarsong achter schuilt om even bij achterover te leunen. Dit moeten ze niet vaak live gaan spelen, maar het kan wel perfect worden opgezet in een loungebar.

We vinden veel tegenstrijdigheden terug maar geen rode draad. Op ‘Sorry I’m yours’ wil Kieran Shudall zijn liefde niet kwijt en zingt hij “you wanted much more, sorry I’m yours“. ‘Be somebody good’ gaat dan weer over een onenightstand waarvan hij zo snel mogelijk weg wil vluchten. We hebben het gevoel dat dit album juist dat wordt: een eenmalige luisterbeurt, waarna het tussen de collectie verdwijnt. Fans van het eerste uur zullen fan blijven, want er is niets mis met een vleugje nostalgie, maar veel nieuwe fans zullen ze niet sprokkelen. Op afsluiter ‘Saviour’ proberen ze het nog te redden en dat doen ze door te openen met een sterke gitaarsolo, de hoeksteen van het lied. Saving the best for last, dat hebben ze daar in Liverpool ook goed begrepen, want ‘Saviour’ is met stip het beste van de plaat.

Eén lied kreeg de titel ‘Times won’t change me now’, en toch hadden we liever wel wat verandering gezien. Op sommige nummers lijken ze te vernieuwen, maar op de meerderheid blijft Circa Waves steken in een tijd waarin indierock nog een populair genre op de radio was.