Dienne exploreert tijd, ruimte, traditie en technologie op ‘Conducturis’

door Jonas Vandenabeele

‘Conducturis’ is eigenlijk het geesteskind van Mira Sanders en Cédric Noël. Het is een kunstwerk met als kern een atypische road movie rond het Human Brain Project, een EU-project van 600 miljoen euro dat liep van 2013 tot 2023. Het Human Brain Project had als hoofddoel de velden neurowetenschap, breinonderzoek en computing dichter bij elkaar te brengen en tot wetenschappelijke vooruitgang te stuwen. Dit deden de wetenschappers door middel van exascale supercomputers. De experimentele muziek die Dienne speciaal voor het kunstwerk in het leven heeft geroepen is bij momenten ongrijpbaar en etherisch. Uit die soundtrack is het album ‘Conducturis’ geboren.

Bovenstaande video toont een fragment uit ‘Conducturis’ van Mira Sanders & Cédric Noël, met muziek van Dienne

De hoes knipoogt naar het kunstwerk van Sanders en Noël. Het is een still uit de filminstallatie van Sanders en Noël. Dienne werd halfweg bij de creatie van ‘Conducturis’ betrokken. Vanaf dan werd het een collaboratief proces waarbij muzikale composities in interactie traden met het visuele. De eerste muzikale schetsen die Dienne doorstuurde voor het kunstwerk werden nota bene op de tourbus met Tamino gemaakt. Een match made in heaven met het thema van het kunstwerk.

‘Mary & others’ heeft net als andere nummers op deze plaat verknipte en verhaspelde vocalen. Al kun je er nooit echt woorden, laat staan zinnen, in herkennen. De composities nodigen je uit om stil te staan en aandachtig te gaan luisteren. De lange, uitgesponnen melodieën lijken geen vast ritme te hebben en laten veel ruimte tussen de regels voor interpretatie en verbeelding. Daar zit de kracht van dit werk: door het uitstekend vormgegeven geluidslandschap krijg je het gevoel dat je meegaat op de roadtrip naar het Zwitsers-Italiaanse Lugano. Ik kan me door de dreiging in de muziek niet van de sensatie ontdoen dat de menselijke ingrepen in het landschap soms te ver gaan.

‘The great cable’ opent donker met een laag geblaas als wind die door een gigantische tunnel raast. De kabel in kwestie slaat op de bedrading die aangelegd werd om een supercomputer te creëren die de werking van het menselijk brein kan benaderen. Bogaerts gebruikt traditionele instrumenten zoals hobo en dwarsfluit en laat ze versmelten met stemmen. Ze haalt dat alles door een elektronische mangel, door middel van een computer. Op deze manier wordt er een extra laag gecreëerd die het speelveld tussen het traditionele en het moderne aftast.

De pure gezangen op ‘Open valley’ zorgen voor een louterend effect. Het geeft de impressie dat er een einde zit aan te komen. Erna komt ‘Lugano’s peaks’, de effectieve afsluiter en meteen ook het langste nummer op ‘Conducturis’. Het album is een luisterstuk dat de verstrengeling van natuurlijke schoonheid met menselijke technologie en vooruitgang onderzoekt. De muziek biedt geen antwoorden. Ze duwt de luisteraar richting introspectie en meer vragen.