Febueder zoekt isolatie op ‘Tomalin has etched in’

door Mattias Goossens

Wie steevast de moeilijkste sudoku of kruiswoordpuzzel kiest, kan zich wagen aan het muzikale equivalent. Het Britse duo Febueder heeft na zeven jaar en vier ep’s eindelijk een eerste bevreemdend album klaar.

Zanger/multi-instrumentalist Kieran Godfrey en percussionist Samuel Keysell lijken op ‘Tomalin has etched in’ de verwarring te omarmen. “Confusion is always something good” laten ze optekenen in het begeleidende promotekstje. Zelf zien ze de zestien nummers als fragmentarische schetsen van de wereld rond zich. Dat volgen we, want een echte lijn of spanningsboog is niet op te merken.

De stem van Godfrey vergeleken we in het verleden al als een combinatie tussen Yannis Philippakis van Foals en Joe Newman van Alt-J. Muzikaal ligt dit debuut dichter ‘Yellow house’ van Grizzly Bear (check ‘Edition’ of ‘Whirlpool’ De instrumenten lijken eenzaam aanwezig in een veel grotere ruimte, wat heel wat speling mogelijk maakt. Het maakt alles ook wat ongrijpbaar, als vissen die je wel ziet bewegen in donker water maar onmogelijk kunt vangen met de blote hand. Tekst is louter ondersteunend, en het gebrek aan refreinen of andere herkenningspunten maakt dat het moeilijk is om houvast te vinden.

Hoewel er dus wel wat vertrouwde geluiden te horen zijn en referenties naar beneden dwarrelen, behoudt Febueder z’n eigenheid door de spaarzaamheid waarmee ze te werk gaan. De veelkleurige percussie, subtiele blazers en andere klanken die zich door de kieren van dit eigenhandig opgetrokken luisterhutje. Wie zich tijdens deze lockdown extra wil isoleren, kan hier met een koptelefoon gerust de deur achter zich intrekken. Maar hou je ogen dicht en gedachten stil, want door de wispelturigheid en broosheid van de nummers dreig je snel af te dwalen naar spannendere prikkels.