Future Islands mist onvoorspelbaarheid op ‘As long as you are’

door Guillaume De Grieve

De vraag die bij een zesde studioalbum domineert is of er slijtage komt op Future Islands. Na het twijfelachtige ‘The far field’ uit 2017 bewandelt opvolger ‘As long as you are’ nog steeds hetzelfde pad, al dan niet met een stevigere pas. Het stichtend trio Cashon-Welmers-Herring wordt nu uitgebreid tot een viertal: door drummer Mike Lowry als vast bandlid te benoemen hoopt de band uit Baltimore op een dienstbare, nieuwe invalshoek. Helaas mist deze plaat net een breder perspectief en visie voor de toekomst. Dat de band nu voor het eerst de producerstaken deelt met Steve Wright (Slipknot, M.I.A.) is dan wel weer een goede zet.

Het gakken van ganzen dat de plaat opent op ‘Glada’ doorbreekt heel even ons verwachtingspatroon maar al snel klinken vertrouwde synths en vooral de innige bariton van frontman Samuel T. Herring. De band komt doorheen het nummer traag op gang, terwijl de uptempo single ‘For sure’ beukt als een The Human League-pareltje. Op het einde kan er zelfs nog een boost van af.

Af en toe lijkt het of meezingbare refreinen Herring afschrikt. De synthpop van Future Islands is daar nochtans ideaal voor en als luisteraar verlang je naar melodieuze houvast. Pas op het einde van ‘Born in a war’ wordt het volle potentieel van het nummer benut. Backing vocals komen even piepen en de drummer vult de leegtes feestelijk op. ‘I knew you’ zit instrumentaal goed maar in de zwoele loomheid verliest Herring zichzelf. Zijn flow van woorden neemt te vaak voorrang op de melodie. De gitaar in de intro van ‘City’s face’ is een verfrissing en ook de variatie in Herrings stem in het laatste couplet doet verlangen naar meer. Scherpe bochten worden er echter niet genomen. De drummachine op ‘Waking’ wordt gelukkig snel vervangen door de levensechte Lowry die de band uit de vermoeidheid redt. ‘The painter’ is veruit de meest nostalgische synthpop die er op deze plaat te rapen valt en had zo op de soundtrack van ‘Call me by your name’ kunnen staan.

‘Plastic beach’ toont meteen z’n gelaat zonder refreinen weg te doezelen of weg te lopen van helderheid. De zelfzekerheid van het nummer contrasteert met Herrings woorden “Spent a lifetime in the mirror. Always afraid of what someone else would say”. Twee van de handvol singles sluiten het album af, het vuurwerkloze ‘Hit the coast’ achterwege gelaten. Op ‘Moonlight’ zweeft Herring boven de muziek uit en neemt hij genoegen met liefde in ongelukkige tijden. ‘Thrill’ bouwt verder op die melodramatische sfeer. Herkenbare melodieën vullen het midtempo nummer en Herring klinkt het best als hij niet opgejaagd is door bombastische synths.

‘As long as you are’ is niet de grote terugkeer naar de voorgrond waar we op hoopten. Het mist een duidelijk narratief en een portie lef. Niet in ieder nummer hoeft de beat versterkt te worden door een kickdrum en niet iedere pauze van Herring moet opgevuld worden met een antwoord van synths. En de nummers die snelheid nastreven mogen gerust eens uit de bocht gaan. De denkbeeldige teugels worden te strak aangehouden en het viertal gunt zich weinig vrijheid. Gelukkig is de sound van Future Islands nog steeds te waarderen en hopen we ze snel live aan het werk te zien, al dan niet met de oudere nummers in de setlist.