Hurray for the Riff Raff haalt de strijdbijl boven op ‘The navigator’

door Stijn Ringoir

Protestmuziek gedijt het best in een onstabiel politiek landschap. Dat we ons met de recente globale ontwikkelingen dus mogen opmaken voor een hoop kwaliteitsmuziek is een gegeven feit. Een nieuwe Rage Against The Machine of The Smiths is er nog niet opgestaan, maar met de nieuwe plaat van Hurray for the Riff Raff wordt het ietwat zonnige kantje van populisme en massahysterie nog eens aangehaald.

Even een korte schets. Hurray for the Riff Raff is een Amerikaanse band uit New Orleans, met de Puerto Ricaanse Alynda Segarra aan het roer. De afgelopen jaren groeiden ze uit tot een bescheiden vaste waarde in het indiefolkcircuit, met een repertoire dat voornamelijk bestaat uit covers en fijne americana. Gezellig? Oh ja, zij het wel een tikkeltje braaf. Daar is met de nieuwe plaat ‘The navigator’ danig verandering in gekomen. Segarra heeft het namelijk niet zo begrepen op de overrijpe sinaasappel die zich momenteel ophoudt in het Witte Huis, en steekt haar politieke overtuiging niet bepaald onder stoelen of banken.

Op vorige platen vormde Segarra’s Puerto Ricaanse afkomst eerder een faits divers, dat zich voornamelijk uitte in de vorm van speelse exotische riedeltjes. ‘The navigator’ is echter een hoogst persoonlijke en politieke plaat geworden, waarop Segarra’s samengesprokkelde identiteit centraal komt te staan. Deels Amerikaans, deels Puerto Ricaans, maar nooit genoeg van een van beiden om echt ergens bij te horen. ‘The navigator’ verhaalt afwisselend over Segarra’s leven in New Orleans, en haar Puerto Ricaanse identiteit. Ziedaar de link met de titel: schipperend tussen twee halve identiteiten probeert ze zich een weg te banen in een wereld die steeds meer het noorden lijkt te zijn verloren.

‘The navigator’ is nog steeds een rockplaat, met de doordringende americanasound als leidmotief. Nu duiken er eveneens elementen als Puerto Ricaanse doowop, salsa en son cubano op. Al die verschillende invloeden vallen perfect op zijn plaats op hoogepunt ‘Pa’lante’. Met een beatlesque pianoballade stelt Segarra zich de vraag wat identiteit nu eigenlijk écht inhoudt. Het ijzersterke nummer wordt onderbroken door een gedicht van de Puerto Ricaanse dichter Puetro Pietri, die zich afvraagt wat de persoonlijke kost is van op te gaan in een groter geheel.

Waar ‘Pa’lante’ zich voornamelijk richt op het verenigen van mensen die Segarra ziet als de slachtoffers van kolonisatie en xenofobie, richt ze zich op ‘Rican Beach’ tot de personen die ze als de oorzaak aanduidt. De sussende woorden van ‘Pa’lante’ maken plaats voor een heel andere retoriek, die zich richt tegen zowel de schreeuwlelijkerds die aan de macht zijn, als tegen de apathie die hen daar gebracht heeft: “Now all the politicians / They just squawk their mouths / They say ‘We’ll build a wall to keep them out’ / And all the poets were dying of a silence disease / So it happened quickly and with much ease.

Hurray for the Riff Raff reikt op ‘The navigator’ nooit echt antwoorden aan, maar beperkt zich grotendeels tot het blootleggen van de zere wonde. Net zoals Solange op het magistrale ‘A seat at the table’ aandacht vraagt voor stemmen die er altijd al waren maar zolang genegeerd en gemarginaliseerd werden, gebruikt Segarra haar muziek om mensen van heel verschillend afkomst en pluimage te verenigen onder één strijdkreet: Pa’lante! Voorwaarts!

Hurray For The Riff Raff speelt 28.03 in de Botanique (info & tickets).