Hypochristmutreefuzz creëert z’n eigen genre met debuut ‘Hypopotomonstrosesquipedaliophobia’

door Gilles Dierickx

Wat voor muzikale gevaarten er ook allemaal tot leven mogen komen in schimmige repetitiekoten en donkere kelders, onze oortjes spitsen zich altijd weer. Laat de Gentse noisescene – blijft natuurlijk een wat vaag containerbegrip – daar nu net telkens een mooie indicator van zijn. Wie al lang in de krochten rondhangt, maar vooral veel aan de weg timmerde, is Hypochristmutreefuzz. Weinig clubs waar dat vijftal het voorbije jaar niet langskwam, naast een resem buitenlandse shows én Pukkelpop en Leffingeleuren als blinkende kersen op de live-taart. Met een fonetisch nog onmogelijkere titel dan de bandnaam is er nu pas de debuutplaat, waarvoor duidelijk het juiste moment werd afgewacht. Hypo staat scherper dan ooit.

Angst voor lange woorden? ‘Hypopotomonstrosesquipedaliophobia’ zadelt je enkel met meer nervositeit op  en niet enkel door de naam. Als het geen dreigende vocals zijn, trekken zware synths of mokerdrums alles wel op gang, niet zelden vervoegd door droge, tegendraadse baslijntjes (je las in feite net hoe opener ‘Finger’ klinkt). Met ‘Gums smile blood’ wordt de noisebiotoop die dit plaatje is pas echt wakker: de vooruitgeschoven single komt er zowaar nog beter tot z’n recht. Een originele hiphopvibe met down-tuned rhymes, dat snedige riffje en de machinale ritmes – het zit allemaal heerlijk strak in elkaar verweven.

Pas met ‘Hypochondria’ wordt de échte rauwheid frontaal in je gezicht gegooid, al betekent dat niet dat de band niet doseert: bij momenten zit die donkere triphopsfeer vol delicaat flipperende hi-hats, kletsende percussie en asynchrone synthnootjes. Lien Moris van Piquet tilt alles tenslotte naar de complete vocale claustrofobie, al zijn we er nog niet helemaal uit of ze dat Nederlands voor één keer niet beter achterwege liet. Meer waanzin halfweg ‘Chromakalim’, dat schizofreen wisselt tussen glijdende melodietjes en puur lawaai, zoals enkel een paranoïde Grinderman dat nog zou kunnen.

Vocaal doorloopt zanger/bandbezieler Ramses een aanzienlijk spectrum: naast bakken wanhopig geschreeuw ontpopt-ie zich gracieus tot een rappende poeët – vloeiende woordenstromen zijn eigenlijk de drijfveer achter iédere song op deze plaat, wat vooral op ‘Elephantiasis’ heel wat ritmische dynamiek toevoegt. Ook ‘Clammy hands’ heeft degelijke rap-allures, en zweeft qua zanglijn ergens tussen een slome MC Ride, het absurde van Tyler, the Creator en een melodisch stukje Kanye; muzikaal is het dan weer helemaal hoe Death Grips zou klinken na net afgeronde conservatoriumstudies.

Al na een paar tracks valt eigenlijk op hoe belangrijk het hele productieproces aanvoelt. Dat het bijna als extra instrument kan doorgaan, maken live-bommetjes ‘One trick pony’ en ‘The spitter’ helemaal duidelijk. Da’s niet geheel verrassend, als je weet dat de eindmix in handen lag van Jasper Maekelberg. De hotste producer van het moment – al lang goede vriendjes met de band – maakte dat elke bouwsteen het juiste plekje kreeg, en er daardoor iets heel unieks ontstaat binnen dit ‘genre’. Er is lawaai zonder agressiviteit en stevigheid vol nuance: subtiele effectjes keren terug en gitaarlijnen klinken tegelijk scherp én compact – zeker op ‘The spitter’ in heerlijk huwelijk met die synths.

Hypochristmutreefuzz nam de tijd voor zijn debuutplaat, en dat sluimert dus op erg veel vlakken door. Het boeiendste blijft de symbiose van rapinvloeden, hele noisetapijten, diepe bassen, schurende riffjes, af en toe tegendraadse maar al-tijd shtrakke drums. Kortom: het was het wachten waard, en de band stampte eigenlijk zelfs een nieuw genre uit de grond. Wij dopen het hipnoise, en voor de correctheid: hypnoise.

Album werd verdeeld door V2.

Hypochristmutreefuzz releaset z’n debuut in het Vooruit Café, met een gratis show op 16/02. Verder speelt de band nog onder meer in Hasselt (02/02), Antwerpen (11/2, info & tickets), en Brugge (24/2, info & tickets). De volledige lijst vind je via de Facebookpagina.