Meer pop en minder maf op ‘Bonito generation’ van Kero Kero Bonito

door Sigi Willems

De zeemzoete Londense PC music-medestanders van Kero Kero Bonito zijn helemaal terug. De band serveert ons op zijn tweede lp veertien nieuwe computerpopsongs met de nodige absurditeit en Japanse gameboy-toontjes. Wij trekken alvast onze dansschoentjes aan om de Mario Party te vervoegen. Op ‘Bonito generation’ wordt echter nog meer dan te voren de kant van de suikerige, overwegend kitscherige J-pop gekozen en vervullen de dansbare Nintendo-beats een meer ondersteunende rol.

Sarah, Gus en Jamie maken op ‘Waking up’ meteen duidelijk dat de ingrediënten van ‘Bonito generation’ dezelfde zijn als op hun debuut ‘Intro bonito’: gekke, Japanse gameconsole-geluidjes die direct de associatie met Nintendo oproepen en de Engels-Japanse raps van frontvrouwe Sarah Midori Perry samengesmolten tot een geheel van roze, lieftallige popsongs. Toch is er een opmerkelijk verschil met het vorige album. De gezongen popmelodieën en structuur zijn veel uitdrukkelijker op ‘Bonito generation’: ze hebben de overhand gekregen op de bevreemdende instrumentale ‘breakdowns’ vanop KKB’s eerste plaat. ‘Waking up’ wordt dan wel beëindigd met een synthetische panfluit-solo die toelaat wacko dansmoves uit de mouwen te toveren, voor het eerste échte lösgehen-moment is het wachten op songnummer drie ‘Graduation’. Daarin laten zware bassen en verlichtende Casio-deuntjes ons dartelen door een veld van gekleurde paddenstoelen en warp pipes.

‘Fish bowl’ is nog een fleurig, origineel videogame-intermezzo, maar de daaropvolgende songs ‘Big city’ en ‘Break’ klinken zo aanstekelijk dat we hier de Nintendo-versie van Taylor Swift aan het werk lijken te horen. Zelfs de kleurrijke synth-arrangementen kunnen hier niet verhinderen dat de tenen aan het krullen slaan bij het aanhoren van de o zo kitscherige J-poprefreintjes. Gelukkig brengen de  daaropvolgende swinger ‘Lipslap’ en het uitdagende ‘Try me’ onze tenen weer tot hun originele staat. Topper ‘Picture this’ werd tot het voorlaatste bewaard. Dit jolige nummer staat al in ons geheugen gegrift sinds die ene bloedhete dag op Dour een jaar geleden. Het doet met zijn catchy zanglijnen en tedere akkoordenprogressie denken aan een modernere versie van New Order. Zuivere pop, dit keer zonder dat het kitscherig wordt.

Een van KKB’s grootste troeven waarmee ze zich onderscheiden van andere PC-muziekacts, zijn de teksten (en natuurlijk ook de présence) van Sarah, de Britse prinses Peach. Variërend tussen haar beider moedertalen Japans en Engels bezingt ze de meest kinderlijke thema’s als trampoline’s (‘Trampoline’) en vissenkommen (‘Fish bowl’). Al zijn haar lyrics toch relevanter dan ze op het eerste zicht lijken; zo bezingt ze de narcistische selfie-maatschappij waarin we anno 2016 beland zijn in ‘Picture this’  en de nood om alles af en toe op pauze te zetten in deze stresserende tijden in ‘Break’. Herkenbare thema’s voor al wie volwassen wordt in de jaren ’10 van de 21ste eeuw.

Kero Kero Bonito lijkt met het veelvoud aan pure J-popsongs een breder publiek te willen aanspreken. We vinden het vooral jammer dat het ten koste gaat van de maffe, instrumentale dansstukjes die ons altijd met nog maffere moves aan het dansen brachten. Hun sound klinkt daarentegen nog altijd even verfrissend en kleurrijk. ‘t Is slechts een kwestie van tijd vooraleer Nintendo de band vraagt om de soundtrack voor de volgende versie van Mario Party samen te stellen.

Album verdeeld door Double Denim Records.