Phil Elverum overpeinst de (on)eindigheid op ‘Microphones in 2020’

door Tobias Cobbaert

Wie een foto van Phil Elverum ziet zou niet meteen vermoeden dat hij een van de grootste culthelden van het indiewereldje is. De sympathieke man – vaak sjokkend in geruit houthakkershemd – straalt niet meteen mythische kracht uit, maar dat doet zijn muziek des te meer. Als The Microphones bracht de man al enkele legendarische platen uit, waarbij ‘The glow pt. 2’ zowat de heilige graal van de lo-fi indiefolk moet zijn. In 2002 begroef hij die artiestennaam, of zoals hij het op deze plaat zélf beschrijft: “At the very end of 2002, I took the Microphones name and crumpled it up and burned it in a cave on the frozen edge of northern Norway”) om verder te gaan als Mount Eerie. Onder die naam bracht hij enkele jaren terug het hartverscheurende ‘A crow looked at me’ uit, opgedragen aan zijn vroegtijdig overleden vrouw.

Het nieuws dat Elverum de naam van The Microphones terug vanonder het stof zou ophalen werd dan ook met veel enthousiasme onthaald. De albumtitel ‘Microphones in 2020’ leek aanvankelijk wat poëzie te missen. Echter, na het album te horen – dat uit slechts één nummer van 44 minuten bestaat – wordt duidelijk waarom Elverum zijn nieuwste zo doopte. Het album is één lange overpeinzing over de evolutie van zijn carrière, over waar Elverum vandaag in het leven staat en over hoe dat leven hem en zijn muziek getekend heeft.

Het album begint met een gezapige instrumentale intro van 7 minuten. In een interview vertelde Elverum dat hij op deze manier de 17 jaren tussen ‘Microphones in 2020’ en zijn vorige album onder die naam wilde overbruggen. Toch voelt het vooral eerder als een meanderende passage die je in de juiste mindset brengt om aandachtig te luisteren wat Phil het komende halfuur te vertellen heeft.

Wanneer Phils zachte stem eindelijk de monotonie breekt, opent hij met de woorden: “The true state of all things, I keep on not dying, the sun keeps on rising”. De thematiek van het nummer wordt hier meteen duidelijk: Elverum filosofeert over de eindeloosheid van het universum, en hoe de mens daar als kleine, sterfelijke schakel in fungeert. “I keep on not dying”, tot het wel zo ver is, maar zelfs dan zal de zon blijven opkomen. De lange instrumentale outro krijgt zo nog een extra betekenis. Hij beeldt op muzikale wijze de oneindigheid van het bestaan uit. Ook die existentiële onzekerheid behoort tot de kern van ‘Microphones in 2020’: “walking with my knees trembling / Is the true state of all things”.

Tijdens een passage ergens halverwege somt Elverum een reeks artiesten op die hem geïnspireerd hebben voor zijn oude albums als The Microphones. Een belangrijke daarbij is Red House Painters, de slowcore groep van Mark Kozelek die tegenwoordig vooral bekend is als Sun Kil Moon. De meanderende, anekdotische verhaalstijl van Kozelek heeft diepe sporen nagelaten op ‘Microphones in 2020’, waarop Phil allerlei korte scènes uit zijn leven schetst en er een diepere betekenis aan probeert te geven. Een ander idool dat vernoemd wordt is Kurt Cobain, meteen gevolgd door de mededeling dat hij net gestorven was in 1994. De eindigheid van het bestaan ademt constant in je nek tijdens dit nummer. Het contrast tussen sterfelijkheid en oneindigheid wordt hierbij constant benadrukt. Cobain stierf vroeg, maar zijn artistieke nalatenschap blijft bestaan. Tijdens een andere passage zingt Elverum het volgende:

Many, many years later
I heard “Freezing Moon” by Mayhem
And these words jumped out:
The cemetery lights up again
Eternity opens

De dood is het einde van het leven, maar het begin van de oneindigheid. Het feit dat Elverum uitgerekend de Noorse black metalband Mayhem citeert zal geen toeval zijn. De band heeft immers een bizarre relatie met de dood. Eén van hun bandleden werd namelijk vermoord door Varg Vikernes, beter bekend als Burzum, terwijl een ander lid zelfmoord pleegde. Toen zijn lichaam gevonden werd, nam de band er een foto van om nadien te vereeuwigen op de hoes van ‘Dawn of the black hearts’, een ep die ze niet veel later uitbrachten.

Verder is er natuurlijk nog Elverums overleden vrouw. Geneviève wordt niet bij naam genoemd, maar haar herinnering spookt doorheen de hele compositie. Lyrics als “I had my driver’s license and a girlfriend, and we’d cling to each other and dream that anything’s permanent” zijn beladen met melancholische ironie, zelfs wanneer de girlfriend in kwestie niet noodzakelijk Geneviève is. Wanneer Elverum over het schrijven van zijn oude Microphones-albums zegt dat hij “Innocent of the real air of death that awaited down the path” is het onmogelijk om je hart niet te voelen breken.

Naast de fysieke dood, is het grootste verlies van Elverum zijn jeugdige naïviteit. ‘Microphones in 2020’ staat bol van de taferelen waarin een jonge Phil zich verbaast over de wereld gaande van een cinema-ervaring met ‘Crouching tiger, hidden dragon’ die hem in extase bracht tot avonden waarop hij samen met vrienden op het dak naar de maan kijkt en ze elkaar zo filosofisch mogelijk proberen toe te spreken. “When you’re younger every single things vibrates with significance”.

The Microphones in 2020 zijn anders. Elverum is getekend door het leven. Het metafysische gepieker van zijn oude werk is pijnlijke realiteit geworden. Het enige wat hem nog rest is in het heden leven en zijn eindigheid in de eindeloze realiteit beleven. Wanneer het album afsluit met de woorden “there’s no end” heeft hij het niet over zichzelf, maar ‘Microphones in 2020’ heeft wel een kans om de eindeloosheid in te gaan.