De derde plaat van Sam Fender is er. Vier jaar na ‘Seventeen going under’, is Sam Fender terug met ‘People watching’. Fender’s eerste twee platen ‘Hypersonic missiles’ en ‘Seventeen going under’ scoorden zeer goed: platinum hier, platinum daar. Dus, geen gezever: de verwachtingen voor ‘People Watching’ waren best hooggespannen.
De plaat begint met het gelijknamige ‘People Watching’, een nummer dat vanaf de eerste noot de klassieke Sam Fender elementen bevat: nostalgisch, rauw Brits en grootse, meeslepende melodieën. Dit wordt allemaal gecombineerd met een maatschappelijk, eerlijk getinte boodschap. Zo zingt Fender vaak over Engeland, en de politieke en economische toestand ervan: “I fear for this crippled island and the turmoil of times.”, klink het. Na de titelsong volgen de nummers ‘Nostalgia’s Lie’, ‘Chin up’ en ‘Wild long lie’. Deze bevatten dezelfde elementen en vormen bovendien mede de hoogtepunten van het album.
Dat Fender wel eens vergeleken wordt met zijn inspiratiebron Bruce Springsteen, is wel geweten. Op ‘Wild long lie’ is dit uitdrukkelijk te horen: een nummer met folk-invloeden dat de Americana-sfeer zeker beademt. Niet gek dat ‘People watching’ en ‘Nostalgia’s lie’ ook wat weg heeft van The War On Drugs. De bands frontman Adam Granduciel hielp mee het album producen. Toch behoudt Sam Fender zijn eigen typerende sound, waarbij hij (niet altijd even) voorzichtig knipoogjes uitdeelt naar z’n inspiratiebronnen.
Het album begon heel sterk met nummers die uitbreken en je aandacht erbij houden, zoals ook ‘Arm’s length’, de tweede single. Hoewel de tweede helft ons op instrumentaal vlak wat minder weet te bekoren, weet Fender ons tekstueel te prikkelen. Zijn lyrics zijn doodeerlijk – zo hebben we het graag. Fender bekritiseert Groot-Brittannië, wat binnen ‘Nostalgia’s lie’ subtiel begon met een sneer gericht naar Thatcher. Gaandeweg wordt hij directer, eerlijker en harder. Op ‘Wild long lie’ begint Fender met een uithaal naar Boris Johnson. ‘Crumbling Empire’ spant echter de kroon. De song gaat over de UK dat uit gratie valt door wat Thatcher in het verleden heeft doorgevoerd. “My old man worked on the rail yard getting his trade on the electrical board, it got privatised, the work degraded in this crumbling empire.”, zingt hij.
‘Crumbling empire’ wordt samen met ‘Rein me in’ toegevoegd aan de hoogtepunten van het album. De laatste gaat over de verbinding binnen een relatie en het verdriet dat bij een break-up komt kijken. “All my memories of you ring like tinnitus. If I stop, it’s just pain. Please don’t rein me in”, zingt Fender. Het nummer is prachtig en emotioneel geschreven. ‘Rein me in’ is niet enkel tekstueel gelaagd. Ook op muzikaal vlak valt er heel wat te ontdekken. Fender combineert zijn typische elementen met orkestrale elementen waardoor er een rijke sound ontstaat. Ook de groovy baslijn in het nummer maakt het nummer hélemaal af: we like.
Wanneer ‘TV dinner’ de revue passeert, moeten we bekennen dat we even naar ons smartphonescherm keken om te checken of het album afgelopen was en de automatische shuffle was ingeschakeld. Subtiele synths en een bijna rap-achtige flow maken het nummer atypisch voor Fender. Juist deze wending geeft het album een interessante twist. Hij slaat de bal met het nummer niet mis. De track vormt een nieuwe dynamiek die ons wel weet te bekoren.
De plaat eindigt met ‘Remember my name’. Een nummer dat Sam Fender schreef om zijn overleden grootouders te eren. Hij schreef het nummer vanuit het perspectief van zijn grootvader, die zorgde voor zijn dementerende vrouw: “And I pray you remember my name.” Instrumentaal misschien wel het meest atypische nummer van de plaat: een rustig nummer gepaard met blazers van de Easington Colliery Band. Een prachtige afsluiter.
Sam Fender bewijst met ‘People Watching’ zijn status als een gepassioneerde verteller met clever geschreven, eerlijke teksten zeer zeker te behouden. Telkens met zijn typerende nostalgische sound. Hoewel ‘People watching’ wat meer rustige momenten bevat in vergelijking met Fender’s vorige twee platen, heeft het hierdoor meer ballen. Wat ‘People Watching’ onderscheidt, is de eerlijkheid en ademruimte die Fender even naturel toepast als zijn klassieke, openbrekende, kritische nummers. Fender durft zijn muziek soms stil te leggen, waardoor de boodschap des te harder binnenkomt. Eén ding is zeker: dit is zijn puurste werk tot nu toe. Met ‘People watching’ bewijst Sam Fender (nogmaals) dat hij een van de sterkste songwriters van zijn generatie is en tevens eentje die durft te groeien.
Je kan Sam Fender met zijn ‘People watching’ live aan het werk zien in Vorst Nationaal, op 19 maart. (Tickets & info hier)