Tunng houdt folktronica wonderwel fris op ‘Songs you make at night’.

door Kevin Bruggeman

Toen het Londense Tunng in 2005 debuteerde met het prachtige ‘Mother’s daughter and other songs’ was de mix van folk en elektronische elementen hip en vernieuwend. Inmiddels overheerst echter het gevoel dat alles wel al eens eerder gehoord is en wordt het folktronica-genre al snel in het verdomhoekje gezet waar onder meer ook de postrock en synthpop op strafkamp zijn.

Net op tijd ontsnapten pioniers als Four Tet en Caribou aan deze vernedering door in hun muziek de folk steeds vaker de rug toe te keren en volop in te zetten op een elektronisch, dansbaar geluid.
Dat doet Tunng niet. Traditionele folk is nog steeds voor ruim vijftig procent het belangrijkste ingrediënt van hun muziek. De zachte, helende stem van Mike Lindsay is nog steeds herkenbaar uit de duizend en zal altijd de reden zijn waarom de muziek ondanks de rijkelijke instrumentatie en relatief complexe songstructuren nooit het etiket ‘pretentieus’ zal opgeplakt krijgen.

Het zijn echter de overige vijftig procent die Tunng maken tot de band die het is. Waar het voorheen vaak hooguit om knisperende elektronica ging horen we op hun zesde ‘Songs you make at night’ synthpop, talloze samples, psychedelica tot zelfs hippe electropop in de stijl van Goldfrapp of Roisin Murphy. Is het de terugkeer van stichtend lid Sam Genders ? Feit is dat ‘Songs you make at night’ misschien wel hun beste album is.

Neem nu single ‘ABOP’. Genders en Lindsay draperen een wave-achtige synthesizer boven een groovy ritme en verrassen met plotse vrouwelijke vocals van Becky Jacobs en stemvervormers op het einde. Geiler dan dit heeft Tunng nooit geklonken. Beter ook niet. Zo excentriek als hier heeft Tunng zijn elektronica nooit eerder uitgespeeld. Alle remmen mogen los op dit zesde album. ‘Dark heart’ misleidt met zijn folky intro, maar ontwikkelt zich daarna tot een ware synthpopsong met frisse beat en welgeplaatste lalala’s. ‘Flat land’ combineert prachtig akoestisch gitaarspel met een Kraftwerk synthesizer en wordt opgesmukt met samples, onverwachte geluidjes, vervormde stemmen en bovenal een melodie die een hit rechtvaardigt. Opener ‘Dream in’ baadt in een – tja – dromerige sfeer ondanks de sensuele synthlijn.

De kracht van ‘Songs you make at night’ is dat het nooit verveelt. Er gebeurt ontzettend veel in elke song. Geen strofe – refrein – strofe – refrein – break – refrein muziekjes bij Tunng. In combinatie met het – ondanks de prominente synthesizers – nachtelijke en kleinschalige karakter van de muziek zal dit ervoor zorgen dat een doorbraak bij het grote publiek er nooit zal komen. Dat hoeft ook niet als we daarmee iedere halve minuut opnieuw verrast worden.

Ook in de meer folky songs krijgt eentonigheid geen kans. Een onverwachte saxofoon in ‘Crow’ en ‘Evaporate’, een hoofdrol voor Becky Jacobs in ‘Like water’ of de aanstormende paarden in ‘Battlefront’: een strafkamp is voor Tunng hoegenaamd niet aan de orde.

Tunng speelt donderdag 1 november in de Botanique (info & tickets).