Vince Staples lost voor het eerst de verwachtingen niet in op ‘Vince Staples’

door Bert Scheemaker

Er zijn weinig meer eigenwijze rappers dan Vince Staples. Vanuit Compton, Los Angeles schiet hij al enkele jaren met scherp. ‘Summertime ’06’, ‘Big fish theory’ en ‘FM!’ zijn stuk voor stuk meesterwerkjes gebleken. Na drie lange jaren waarin we geen echt album mee voorgeschoteld kregen, is het nu tijd voor ‘Vince Staples’, zijn vierde studioalbum. En volgens de rapper zelf zijn meest persoonlijke van allemaal. Zullen we de ondoorgrondelijke Vince eindelijk kunnen lezen als een goed boek?

Alleszins heeft hij zijn tijd genomen. Eind 2019 kondigde hij aan dat hij meerdere albums ging droppen in 2020, maar het jaar ging voorbij en hij bleef muisstil. De anticipatie is dus alleen maar toegenomen bij pers en publiek en kan het al eens lastig worden om die verwachtingen in te lossen. Aan goeie tekenen op voorhand alvast geen gebrek. Kenny Beats schaarde zich achter het project en wie al eens een review van een rapalbum op deze site gelezen heeft, die weet dat Kenny van aanpakken weet. Hij verstaat de kunst om zijn beats op maat van de rapper te maken, eerder dan gewoon een eindeloze stroom aan beats te produceren en daarna de rapper te laten snuisteren en selecteren. Kortom, het beloven 22 spannende minuten te worden!

Of zo leek het toch. Want in die 22 minuten worden voor de eerste maal niet compleet van onze sokken geblazen door Vince Staples. Op ieder voorgaand album wist hij zijn sound te verdiepen en zijn experiment verder vooruit te stuwen, maar hier op ‘Vince Staples’ lijkt die vooruitgang ietwat tot stilstand gebracht te zijn. Veel nieuws valt niet te horen inzake zijn flows en echt geëngageerd lijkt hij ook niet. ‘Vince Staples’ blijft over het algemeen ietwat te vlak.

Qua thematiek blijft hij nog altijd bij dezelfde onderwerpen: de grimmige wereld. Staples is een tovenaar met woorden en slaagt er altijd in om zijn omgeving op een pakkende manier voor te stellen. Maar telkens de grimmigheid de bovenhand dreigt te nemen, smokkelt hij er een geslaagde luchtigheid of grap in om te luisteraar attent te houden. Een beproefd recept dat hier wel blijft werken. In de single ‘Are you with that?’ denkt hij terug aan zijn vrienden die ondertussen naar de eeuwige jachtvelden zijn vertrokken, om daarna aan ons te vragen of dan wel zijn bankrekening willen spijzen, of zijn vriend willen zijn. Je kan hem bij momenten zwartgallig of luguber vinden, maar Staples weet wel een indruk na te laten.

‘Taking trips’ en ‘Sundown town’ zijn goeie voorbeelden van die grimmigheid. De ingetogen beats van Kenny die het hele album kenmerken, geven Staples alle ruimte om te schitteren. ‘Nate’ en ‘Blue suede’ zijn nog zo’n voorbeelden waarop hij af en toe weet te imponeren met zijn teksten. Flowgewijs doet hij dat dus te weinig, maar met zijn pen weet hij de meerwaarde zoeker toch weer aan zich te binden. Single ‘Law of averages’ is eveneens een messcherpe aanklacht tegen de miserie in zijn buurt en jeugd. Maar goed, wat hadden we anders verwacht van Staples? Wanneer vecht hij niet tegen zijn jeugdtrauma’s en komt hij niet op voor zijn buurt? Het enige verschil met zijn vorige albums is dat hij dat nu een heel album doet, wat het inderdaad zijn meest persoonlijke album maakt.

Desondanks blijven we toch met een onverzadigd gevoel achter. ‘Vince Staples’ zou voor 90% van de hedendaagse rappers een hoogtepunt in hun carrière zijn, maar voor Vince Staples gaat die vlieger niet op. Bij momenten blijven zijn verhalen aan je ribben kleven en Kenny Beats bewijst wederom dat hij een betere rapproducer is dan de matige danceproducer die hij voorheen was. Maar zoals onze slager het zo mooi kan zeggen: mag het ietsje meer zijn alsjeblief?