Westside Gunn schaart zich bij de groten op ‘Pray for Paris’

door Bert Scheemaker

Als een orkaan raasde het collectief Griselda de voorbije jaren doorheen het raplandschap . De broers Conway The Machine en Westside Gunn en hun neef Benny The Butcher zijn drie rappers uit Buffalo, New York, en brengen grimmige raps, swagger en bakken talent met zich mee. ‘WWCD’ was de splinterbom die het trio definitief op de kaart zette. Hun solowerk is echter minstens even goed en na Conway eerder dit jaar (de gelauwerde ep ‘Lulu’ met beats van The Alchemist) is het nu de beurt aan Westside Gunn om zijn project te droppen. ‘Pray for paris’ werd het kind gedoopt en da’s niet toevallig.

Want laat het duidelijk zijn, Westside Gunn is momenteel bezeten door Parijs. De inspiratie voor dit album kwam naar verluidt in de Franse hoofdstad zelf, toen hij daar was voor de modeweek een dik jaar geleden. Rappers en mode, het is immer al een ideale match en Westside Gunn zet het nog eens extra in de verf. Zo werd de cover (een knipoog Carvaggio’s ‘David met hoofd van Goliath’) ontworpen door Virgil Abloh, een ontwerper die zijn modellen en een tapdancer de catwalk opstuurde op de grimmige beats van de rapper. De perfecte plaats voor een rapper, in het centrum van kunst, mode en muziek.

De lat ligt dus hoog. Iets wat hij nogmaals in de verf zet door zijn album te laten openen met een audiofragmenten van de verkoop van Leonardo Da Vinci zijn Salvator Mundi, voor iets meer dan 400 miljoen. Toepasselijk heet het nummer ‘400 millions plus tax’. Het zet de sfeer van de grandeur wel en die blijft het ganse album hangen. Vergeet de drill uit Brooklyn, dit heeft echt nog die oude, New Yorkse vibe. Verwijzingen naar elitaire kunst en haut couture gaan hand in hand met grauwe verhalen over drugs en geweld. De o zo herkenbare adlibs ‘boom boom boom boom’ zetten het geheel nog meer in de verf.

Bovendien weet Westside Gunn enkele natte dromen van de rapwereld in te lossen. Een door The Alchemist in elkaar gebokste track met underground helden Freddie Gibbs en Roc Marciano? Op ‘500 dollar ounces’ worden we verwend. Griselda maakt twee keer zijn opwachting, op ‘George Bondo’ en ‘Allah send me’ komen Benny en Conway het feestje in gang steken. Rijzende ster Boldy James rapt Westside Gunn zelfs letterlijk van ‘Claiborne kick’ en we merken zelfs een feature van Tyler, The Creator op. De banger ‘327’, waar ook Joey Bada$$ op te vinden is, is nu al een sterke kandidaat voor liedje van het jaar. En dan is Tyler nog niet eens op zijn best. Dat is hij wel als producer op ‘Party with Pop Smoke’, waar Westside in zijn herinneringen nog eens teruggaat naar Parijs waar hij Migos en de ondertussen overleden Pop Smoke ontmoette.

Kortom, de tracklist is gevuld met interessanten en grote namen. Het geeft opnieuw aan hoe rap Westside Gunn, en bij uitbreiding Griselda, gegroeid is de laatste jaren. Die status zet hij nu nog extra in de verf. ‘Pray for Paris’ is een geweldige luistertrip. Toegegeven, niet alle tracks zijn even sterk en de vele skits dreigen soms ietwat de vaart uit het album te halen. Wie zijn adlibs, het nadoen van geweerschoten, schurende automotors, en nasaal stemgeluid niet kan verdragen, zal het lastig hebben. Wie echter houdt van grimmige, New Yorkse sferen, komt hier goed aan zijn trekken. Een van de beste rapreleases van het jaar, zonder meer!