Yellow Days brengt een melodieuze cocktail van invloeden op ‘A day in a yellow beat’

door Tadhg Waters

Sinds het uitbrengen van zijn debuut ‘Is everything okay in your world?’ in 2017, is de Britse artiest Yellow Days bezig aan een geleidelijke opmars binnen de indie-wereld. Nu heeft de 21-jarige George Van Den Broeck een vervolg klaar. ‘A day in a yellow beat’ is een ambitieus project geworden. Het maar liefst een uur en zeventien minuten durende album telt 23 nummers, en bevat net als zijn debuut weer enkele interessante samenwerkingen. Van Den Broeck heeft duidelijk wat te zeggen. Zelf beschreef hij de plaat dan ook als “upbeat existential millennial music”.

Het verhaal dat Yellow Days ons wil vertellen op ‘A day in a yellow beat’ wordt bijgestaan door het gebruik van verschillende audiofragmenten. Op de toepasselijk getitelde opener van het album, ‘Intro’, krijgen we bijvoorbeeld een interview met Ray Charles te horen over de muziekindustrie en de toegenomen druk van platenlabels op jonge artiesten. Yellow Days lijkt zich hier echter niet door te laten hinderen, en doet gewoon wat hij zelf wil. ‘Intro’ gaat vervolgens vlot over in het funky en opzwepende ‘Be free’, waarin Van Den Broeck meteen alles uit de kast haalt.Strakke drums en speelse gitaren vormen de gepaste begeleiding voor de soulvolle stem van de Brit. “You’ve got te be free” croont hij herhaaldelijk.

Voor de opnames van het album ruilde de jonge multi-instrumentalist zijn vaste tot studio omgebouwde tuinhuis in Hampshire in voor een professionele studio in Los Angeles, in een zoektocht naar nieuwe inspiratie en samenwerkingen. Die inspiratie vond hij bij het werk van oude soul-legendes zoals Curtis Mayfield, Ray Charles, Marvin Gaye en Stevie Wonder. Die invloed is doorheen de plaat goed te horen, zoals in het up tempo ‘Who’s there’. De gitaarklanken aan het begin van het nummer doen wat denken aan de befaamde gitaarriff in Stevie Wonders ‘Superstition’. De achtergrondzang wordt verzorgd door de 67-jarige Shirley Jones, die in de jaren ’80 deel uitmaakte van het Amerikaanse r&b-trio The Jones Girls en Van Den Broecks instrumentatie hier van een retro geluid voorziet. In ‘Open your eyes’ keert de zangeres terug om dat trucje nog eens over te doen en ons mee te nemen naar de soulvolle klanken uit het verleden.

In het korte ‘!’ laat Van Den Broeck het croonen even achterwege, en schakelt hij de hulp in van rapper Bishop Nehru. Diens nogal ongeïnspireerde raps lijken echter maar weinig bij te dragen aan het album. Op ‘A day in a yellow beat’ zijn er volgens ons nog wel meer experimenten te vinden die Van Den Broeck beter achterwege had gelaten. De interludes ‘Come groove’ en ‘Something special’, zijn muzikaal niet interessant genoeg om de aandacht vast te houden. Ook ‘Keeps me satisfied’, een rustiger laid back nummer, bevat te weinig sterke en opmerkelijke elementen.

Vooruitgeschoven single ‘The curse’ doet alsnog een verdienstelijke poging om de interesse terug op te wekken. De stem van Van Den Broeck klinkt erg krachtig boven op de groovy instrumentatie, die bovendien gemaakt werd met de hulp van collega indie-held Mac Demarco, waarmee Yellow Days vaak vergeleken wordt. Demarco voorziet ‘The curse’ van zijn typerende snelle gitaarlijntjes. Afsluiter ‘Love is everywhere’ doet dan weer bij momenten denken aan de snelle funk van de hedendaagse jazz vedette Thundercat, dankzij de strakke bas riffs en het hoge stemgeluid van Van Den Broeck.

De concentratie hoog houden blijkt het grootste struikelblok van het album te zijn, dat te weinig variatie bevat en bij momenten de focus lijkt te verliezen. Naarmate ‘A day in a yellow beat’ vordert lijken de nummers meer en meer in elkaar over te vloeien, zonder echte uitschieters, waardoor we slechts het gevoel krijgen dat we naar aangename achtergrondmuziek aan het luisteren zijn.