EP-review: Nicolas Jaar – Nymphs II

door Thomas Konings

Onze redactie zat rond de tafel om een rondje meningen te geven over de nieuwe ep van Nicolas Jaar. Dit was het verdict van vier redactieleden.

Simon Kremar: ‘The three sides of Audrey and why she’s all alone now’ begint met een intro van perfect geconstrueerde klankjes, fragiele bliepjes en schuifelingen en voert je zo mee naar een persoonlijk stukje hemel, waar eenmaal toegekomen, je merkt dat dit alles is wat je nodig hebt. Nicolas Jaar zijn perfecte beheersing van het volledige spectrum aan geluiden, van de meest zwoele bassen tot de zachtste kraakjes, lijkt bovenaards. De geluiden worden zo subtiel opgebouwd, dat wanneer ze opeens onderbroken worden, je appreciatie alleen maar groeit als ze terugkomen. Het tweede nummer ‘No one is looking at U’ bezit een iets meer catchy vibe met een vastere beat en duidelijkere motieven. Alsof de zon op je gezicht schijnt, klinkt de aanhoudende groove met bijhorende minuuscule geluidjes als warme prikkels in je oren. Heel even drijft er een een synthimprovisatie aan het oppervlak die iets weg heeft van die synthsolo op Jamie XX’ ‘Gosh’, en die nog meer het organische van het nummer belicht.

Alhoewel dit stukje muziek gemakkelijk kan dienen als achtergrondmuziek verdient het de volle 100% van je aandacht. ‘Nymphs II’ lijkt tot in de details afgewerkt met geluiden zo zuiver alsof ze rechtstreeks uit Jaar zijn verbeelding komen. De Amerikaan/Chileen bewijst met deze EP dat hij zijn meesterschap nog altijd beheerst en doet ons verlangen naar meer. – 4,5/5

Matthias Desmet: Op ‘Three sides of Audrey’ lijkt Nicolas Jaar de vruchten te plukken van zijn soundtrack voor Paradzjanovs klassieke pelliculetrip “De kleur van granaatappels”. Dromerig trekt de filmische soundscape aan ons voorbij, een tactisch geplaatste beat en een flard stem doorbreken het weefsel sporadisch en geven reliëf aan deze doorwrochte compositie. Zo krijg je me dus aan het watertanden. De b-kant ligt meer in de lijn van Jaars eerste soloworp en zijn werk met Darkside. Lome beats structureren de gestaag opborrelende vocalen. Nicolas zet hier de automatische piloot op. ‘No one is looking at you’ is degelijk, maar herhaalt het avontuur van de a-kant niet. 3,5/5 (4 voor a-kant, 3 voor b-kant)

Thomas Konings: De nieuwe ep van Nicolas Jaar doet al snel naar beeldspraak grijpen, omdat de sound ervan zo filmisch is, allerlei samples opduiken en er zoveel lijkt te gebeuren in dat nochtans minimalistisch geluid. Waar de producer precies naartoe wil, is daarbij niet altijd even duidelijk. Een verontrustende passage komt de sfeer na een aantal minuten in de opener verstoren, maar mist de kracht van Ben Frost die met een gelijkaardig klankenpalet speelt. Vervolgens keert de song terug naar een soort dromerige, erg fijne basis en duikt een even vluchtige doch prachtig pulserende passage op. Hoewel de trucjes van Jaar indrukwekkend zijn, lijken ze dus niet helemaal steek te houden. Ook de tweede helft mist richting, zij het op een andere manier. Een Darkside-achtige opbouw dendert voort, maar wordt nooit volledig geëxploiteerd. Uiteindelijk blinkt de artiest hier weer uit in sfeerschepping, maar mist de 12″ verlichtend ideeën. – 3,5/5

Jens Van Lathem: Natuurlijk kan je deze ep bekritiseren in het licht van het bredere oeuvre van Nicolas Jaar, maar verlies je daardoor niet de kracht van dit individuele geheel uit het oog? De meester van het geluid haalt ons weer een kwartier weg van de wereld. Langs de ene kant duik je in een langspeelfilm met de beste CGI ooit, waarbij om elke hoek een silent killer loert. IJsstormen, vallende rotsblokken, nekbrekend gladde ijzel en jagers met gifpijlen vinden we terug op de tocht naar ons einddoel. In de achtergrond vangt een ruisende radio slechts flarden van de buitenwereld op. Eens aangekomen is de euforie evenwel ingetogen. Glazen klinken, gesprekken waaien voorbij, melancholische edm houdt de feestpartij ternauwerdood bij elkaar. Eerder onwillig beland je uiteindelijk in bed met je fuck buddy. Nicolas Jaar schotelt ons een totaalplaatje voor, verheven boven alle analyse. – 4/5