Header image

Onze 75 favoriete nummers van 2020

door Mattias Goossens

15 Little Simz – Might bang, might not

Als Little Simz’ ep ‘Drop 6’ een rechte zou moeten lopen over de ragfijne lijn tussen brandende zelfzekerheid en verlammende twijfel, dan zouden we het met ingehouden adem een weg naar de overkant zien wagen. ‘Might bang, might not’ bevindt zich aan de zelfgenoegzame extremiteit van het spectrum aan gemoedstoestanden die deze ep rijk is. Na 15 seconden en een “I’m back on my bullshit, you ain’t seen no one like me since Lauryn Hill in the 90’s bitch” later, aangestuwd door een dwingende baslijn, weet je dat Little Simz hierna nog het een en ander heeft klaarstaan om op de wereld los te laten. En daar zijn wij heel erg klaar voor. Laat 2021 maar het jaar zijn waarin artiesten een grote catharsis van vrijheid en positiviteit op ons loslaten. (Michelle)

14 Phoebe Bridgers – Kyoto

Als Phoebe Bridgers lerares aardrijkskunde zou zijn, dan zou ze er via Zoom ongeveer uitzien zoals ze de clip van ‘Kyoto’ aanvat: surfend door de skyline van de Japanse grootstad. Het nummer omkapselt echter meer dan de met greenscreen opgenomen clip. Zowel instrumentaal als tekstueel begint ‘Kyoto’ nogal onzeker. Bridgers verhaalt over een nogal doods moment op tournee en koppelt dat aan de onzekerheden, moeilijkheden en het gemis die ze voelde gedurende die hele tour. De guitige, snel meeneuriebare hoorns wekken de indruk dat the walk in the park in Tokio een van de vele mooie verhalen is die Bridgers met ons deelt, maar natuurlijk is niets minder waar. (Yannick)

13 Sault – Free

De soul- en funkmachine van SAULT draait op volle toeren wanneer we bij een van de hoogtepunten van ‘Untitled (rise)’ zijn aanbeland. Klapperend slagwerk en vloeiende gitaarriffs creëren de perfecte omgevingsparameters waarop Cleo Sol zachtmoedig maar vastberaden ons aan enkele onmiskenbare wijsheden herinnert. ‘Free’ belichaamt exact dat bevrijdende gevoel van geruststelling en moed dat we het meest krachtig zijn als we enkel op onszelf zijn aangewezen. Dat klinkt des te meer door wanneer het nummer naar het einde toe ontaardt in een aangrijpende, knielende en met handen gevouwen zangsolo. (Gertie)

12 Fontaines D. C. – I don’t belong

‘A hero’s death’, de tweede van Fontaines DC, was in vele opzichten anders dan de bands debuut. Opener ‘I don’t belong’ is daarbij zowat de anti-versie van opener ‘Big’ op ‘Dogrel’. Muzikaal ingetogen, traag, dreigend vanuit de onderbuik, met hoofdpersonages die ervoor kiezen om niet te voldoen aan de verwachtingen van de ander: er niet bij willen horen als bevrijdende en anderzijds ook eenzame en mogelijk verdrietige keuze. Geen conformisme dus voor Fontaines DC, wat zowel hen als ons een goed gevoel heeft opgeleverd (inclusief donkere schaduwkant). (Jonas VL)

11 Lianne La Havas – Bittersweet

Vanaf die eerste vijf zwoele klavieraanslagen waren we meteen smoorverliefd op ‘Bittersweet’, de opener én afsluiter van Lianne La Havas’ derde. Met een gemoedelijke baslijn, ditto drums en jazzy akkoorden worden de lichten gedimd, wanneer La Havas haar warme soulstem de boxen uitstuurt mag ook de thermostaat een beetje lager. “No more hanging around”, zingt de Britse, daarmee niet alleen het einde van haar relatie maar ook van het mellow hiphop-sfeertje aankondigend. Net als de wolken barst La Havas in het refrein helemaal uit: “Bittersweet summer rain, I’m born again.” Die verfrissende zomerdouche is echter lang niet voldoende om ons brandend hart te blussen. (Nina)

10 Kelly Lee Owens – On

Waar Kelly Lee Owens in het verleden haar stem nog verstopte achter een ton reverb, zet ze die op het meesterlijke ‘On’ helemaal in de spotlights. En terecht, want deze Londense is naast een uitstekende producer ook een goede zangeres die zeker gehoord mag worden. ‘On’ vat Owens’ genreversmeltende oeuvre eigenlijk zo’n beetje samen: het eerste deel van het nummer zet met z’n minimalistische synths en subtiel aanzwellende beats aan tot dagdromen, om vervolgens in het tweede deel te transformeren naar een heerlijke clubby track. (Martijn)

9 King Krule – Alone, omen 3

Het is een publiek geheim dat veel artiesten de inspiratie voor hun nummers zoeken in de abstracties van het alledaagse leven, zoals liefde, vriendschap of identiteit. Voor ‘Alone, omen 3’ haalde King Krule de mosterd bij de filmtrilogie van ‘The omen’. Als een ware poëet doopte hij zijn pen in zijn interpretatie van die films en puurde er een metafoorrijke triphoptrack uit. In het midden van het nummer bezingt King Krule zijn partner en fans met “You’re the omen of paradise”. Naast een dichter schuilt er ongetwijfeld ook een romanticus in Archy Marshall. (Louis)

8 Protomartyr – Processed by the boys

Protomartyr klonk in 2020 niet bijster vernieuwend en toch wordt de band beter met de jaren. Zanger Joe Casey heeft het uiterlijk van een wat sullige huisvader die les geeft in een wetenschappelijk vak, maar wanneer hij zijn strot openspert, is het altijd even slikken. ‘Processed by the boys’ toont een bewogen ‘the show must go on‘-perspectief op Black Lives Matter en aanverwante gebeurtenissen. Het einde der tijden dient zich soms saaier aan dan hoe we het ons inbeelden en het gebeurt gewoonweg onder onze neus, aldus Casey. Drenk die boodschap onder in levendige postpunk en je kan het vuil van onder de maatschappelijke nagels beginnen halen. Extra lof voor de blazerssectie die zowel de tinten zwart als wit extra glans geeft. (Jonas VL)

7 Christine And The Queens – People, I’ve been sad

De opener van Christine and the Queens’ ep ‘La vita nuova’ is in het Engels en Frans gezongen en enorm meeslepend. ‘People, I’ve been sad’ is een slow burn waarop intense klanken je mee in de tonale dieperik sleuren. Met haar fenomenale maar kwetsbare stem zingt Chris: “If you disappear, then I’m disappearing too”, alluderend naar het verlies en de emotionele bergen die de artiest verzette om voor zichzelf een nieuw leven te bouwen. Het nummer is het eerste deel van de korte, verhalende dansfilm met Chris in de hoofdrol, die de release van de ep vergezelde. (Camilla)

6 Eartheater – How to fight

Je kwetsbaar opstellen is een gevecht tegen onzekerheden en mentale muren die je over de jaren heen rond je hebt opgetrokken. Eartheater zet een adembenemende fragiliteit in om die structuren te lijf te gaan. De veerkracht die ze tot leven fluistert, omringd door minimale gitaarakkoorden en voorzichtig dreigende geluidsgolven, is zowel empowerend als genadeloos. Ze weet een vinger niet op maar diep in een wonde te leggen, en doet dat met grootse chirurgische precisie. Opgaan in de emoties die opgeroepen worden en je laven aan de verlossing die erkenning brengt, zijn hier zowat de enige optie. Zelden was veerkracht zo tragisch mooi. (Michelle)

5 Perfume Genius – On the floor

Met ‘Set my heart on fire immediately’ etaleert Mike Hadreas eens te meer zijn kunnen met een emotioneel oprechte plaat, waarin hij vorm geeft aan de fijne balans tussen kwelling en plezier. Zo ook in het schijnbaar opgewekte ‘On the floor’: een catchy en popgevoelig nummer dat ons nietsvermoedend schuifelend naar de dansvloer lokt, waarop Hadreas’ breekbare stem mijmert over de verscheurende onzekerheid van een overheersend verlangen naar iemand. De wens om van die aandachtseisende crush af te geraken wordt ogenblikkelijk gecounterd met de snakkende zucht om zijn onderwerp van begeerte gewoon te kunnen vasthouden: “How long ‘til this heart isn’t mine? / I just want him in my arms”. ‘On the floor’ is een beladen optelsom van tegenstrijdige emoties met een fraai resultaat. (Sarah)

4 Fontaines D. C. – A hero’s death

Een bas die slechts één noot aanhoudt, repetitieve dissonante gitaarakkoorden, van begin tot einde hetzelfde genadeloze drumpatroon, en frontman Grian Chatten die in totaal 30 keer dezelfde zin door onze strot ramt. Wat op papier klinkt als een recept voor monotonie, is in realiteit uitgedraaid op een van de meest enerverende gitaarsongs van 2020. Ondersteund door de rauwe instrumentatie en bijgestaan door ‘bap-bap’ Beach Boys-backings, vuurt Chatten in snel tempo een resem tips op ons af voor een gelukkiger leven. Tips die we ondanks de licht ironische manier waarop ze gebracht worden maar al te graag ter harte nemen. “Life ain’t always empty”: wees maar zeker. (Martijn)

3 Porridge Radio – Born confused

Porridge Radio was met ‘Every bad’ een van de revelaties van 2020. De combinatie van een rauwe, typische indiesound met existentiële, bijna pathetische lyrics (in de traditie van pakweg Car Seat Headrest) wordt door het viertal uit Brighton op ‘Every bad’ gekruid met een flinke dosis feminisme. ‘Born confused’ is de heerlijke opener van het album en een pijnlijke oorwurm voor iedereen die al eens door een break-up ging, vooral met catchphrase “Thank you for leaving me, thank you for making me happy”. Zangeres Dana Margolin herhaalt die laatste zin meer dan 30 keer, steeds met stijgende wanhoop in haar stem. Dat herhalen van zinnen met wisselende intensiteit is een trucje dat over heel de plaat gebruikt wordt, maar nergens kerft het dieper dan in ‘Born confused’. Het nummer is dan ook het vlaggenschip van een plaat vol woede, verdriet en rauwe boutades over alles en niets. (Quinten)

2 Oklou – God’s chariots

Wie goed luisterde, heeft in de kern van Oklous werk altijd een bijzondere schoonheid aangetroffen. Ze zat onmiskenbaar verhuld in de lome trance van ‘22’ en counterde ongegeneerd de ijzige post-club overleveringen van ‘The rite of May’. Zelden was ze echter zo schaamteloos aanwezig en ravissant vormgegeven als op de Françaises meest recente mixtape ‘Galore’. De kroon wordt gespannen door ‘God’s chariots’, een klein en cute liedje dat een labyrint aan zoete synthgeluiden aaneen haakt met intieme zang en een aanstekelijk hobbelende beat. Waar haar werk de voorbije jaren de vervreemding en het escapisme van de tijdsgeest weerspiegelde, brengt ‘God’s chariots’ met een radicale zachtheid de warmte waar ieder van ons zo naar verlangde. Laat het een inspirerende reminder zijn om elkaars kwetsbaarheid te erkennen en te koesteren. Om fragiel te zijn wanneer het kan en knuffelcontacten, bubbels en internetvrienden met eenzelfde tederheid te omarmen. (Thomas)

1 Yves Tumor – Gospel for a new century

Immer elegante freak Yves Tumor begint stilaan een vaste waarde te worden in eindejaarslijstjes allerhande, maar deze keer overbluft hij vriend en vijand met zijn inzending voor ‘rockster van het jaar’. De polyvalente Amerikaan stak namelijk het voorproefje van zijn nieuwe, toegankelijke en wederom toch vooruitstrevende geluid ‘Gospel for a new century’ zo bomvol bombarie, soulvolle blazers en ruige riffs dat juist dat plekje midden in de hersenen gelinkt aan verslaving gekieteld werd. “This ain’t by design, girl!“: dat weten we nog niet zo goed hoor.
(Anton)

Lees verder: 1 2 3 4 5