DUNK! 2017 was wederom een driedaagse hoogmis voor levensgenieters

door Pieter D'Hooghe

Elk jaar vindt er in mei een unicum plaats op de terreinen rond jeugdheem De Populier in Velzeke. De glooiende hellingen van de Vlaamse Ardennen worden dan namelijk eens niet bezet door een bende scouten maar wel door achthonderd postrock-fans die van heinde en verre komen voor DUNK! Festival. Dat is het enige festival ter wereld met een focus op het postrock-genre. Ook dit jaar wist de organisatie de volledige scene te vertegenwoordigen met een mix van stevige headliners, gevestigde waarden en opkomend talent. Vierenveertig bands uit zeventien verschillende landen zorgden drie dagen lang voor adembenemende shows op drie podia.

Drie podia, jawel. Er werd voor deze dertiende editie een extra podium voorzien in het bos. Geen pop-up shows meer zoals vorige jaren maar een volwaardige avondprogrammatie. Daarnaast voerde de organisatie nog enkele andere veranderingen door; het hoofdpodium deelde een iets grotere tent met de merchstands en de Stargazer stage was een halfopen tent met aangebouwde eethoek geworden. Doorheen de jaren is het festival uitgegroeid tot een vaste waarde van gelijkgestemde zielen van over heel de wereld. Dat groeiend succes van DUNK! vertaalde zich dus in die enkele veranderingen om voor ons, het publiek, de best mogelijke omstandigheden te creëren.

Er was natuurlijk ook muziek. Daar beginnen we graag met een opvallend feit: de headliners van dit jaar zorgden voor verdeeldheid onder het anders zo heterogene publiek. De organisatie wist met Swans en Earth twee absolute toppers te strikken. Beide bands bevinden zich echter in de zwaardere, meer obscure dieptes van de post-wereld. Op donderdag liep de tent doorheen de lange set van Swans zo goed als leeg. Het vredelievende publiek had duidelijk weinig begrip voor de experimentele, agressieve trip van Michael Gira en de zijnen. Wij waren wel overtuigd. Oké, er waren wat problemen met het geluid op het podium waardoor Gira zijn geduld verloor en nog angstaanjagender was dan anders. In de zaal was het geluid echter wel vlijmscherp afgesteld. En luid, wat de hele ervaring tot een beproeving maakte – zoals het hoort bij Swans.

Eenzelfde verhaal bij Earth. Frontman Dylan Carlson strompelde het podium op en even dachten we dat hij geen noot meer zou kunnen spelen. Toch werkte het drietal een glorieus logge set af met favorieten als ‘The bees made honey in the lion’s skull’ en ‘There’s a serpent coming’. Het merendeel van het publiek raakte echter niet mee in de wereld die Carlson en zijn maats schiepen. De afsluiter van het festival, God Is An Astronaut, had daar dan weer geen problemen mee. Hun explosieve postrock was van het meer generische type en hun vaste fanbase tekende present. Toch vonden wij GIAA dan weer de minste headliner omdat het weinig nieuws onder de zon bracht. Slecht was het zeker niet, al waren Swans en Earth voor ons uitdagendere keuzes.

Postrock moet wel een van de enige genres zijn waarbij de ‘generische’ versie van de muziek niet snel verveeld. Op donderdag brachten zowel Lost in kiev als PG.Lost weinig verrassingen met zich mee. Desondanks bliezen beide groepen ons van onze sokken met hun ontploffende instrumentale melancholie. Ook op vrijdag en zaterdag nestelden groepen als MeniscusSet And Setting en Pray For Sound zich in ons geheugen zonder echt iets speciaal te doen. Dat komt zeker ook door de fantastische geluidsmix en vooral de fenomenale lichtshows waar DUNK! een handelsmerk van gemaakt heeft. De lichtman kan niet genoeg lofbetuigingen krijgen want zijn werk legde het standaardniveau van de performances ver boven de middelmatigheid. Sommige bands stegen onder die perfecte omstandigheden ook helemaal boven zichzelf uit.

Op vrijdag speelde het Australische We Lost The Sea een nagenoeg perfecte show. Zij stonden voor het eerst op een podium in het buitenland en etaleerden het potentieel om een van de grote namen in de scene te worden. Ze brachten hun laatste album, ‘Departure songs’, integraal. Live kreeg de muziek zowaar nog extra emotionele slagkracht en liet de groep het niet na om met zware uithalen het publiek te vloeren. Tegen het einde van ‘Challenger part 2 – a swan song’ hingen wij, samen met de rest, compleet murw geslagen in de touwen. De openers van die dag, All We Expected, wisten ons eerder al te overtuigen met hun broeierige, gelaagde muziekstukken. De jonge West-Vlaamse wolven speelden hun eerste grote show en excelleerden onder de omstandigheden. Ook de gemaskerde helden van Briqueville – nog Belgen – speelden de show van hun leven. Door de hitte en hun gekozen kledij hielden ze het na een kleine drie kwartier voor gezien, daarbij een compleet verdwaasd en omver geblazen publiek achterlatend.

Naast de typische postrock stootten we ook al eens op wat andere toestanden, vooral op het bospodium. Daar strekten we bijvoorbeeld onze dansbenen bij de slomo-techno van worriedaboutsatan terwijl de heroïsche doom van Malämmar vooral de bomen deed dansen. Op zaterdag werd het bos dan weer een plaats van zelfreflectie wanneer zowel BARST als CHVE twee onvergetelijke shows brachten. Beide acts voerden het publiek met hun ambient/drone soundscapes mee naar een andere wereld. Een wereld waarin misfits begrepen worden, dingen in vraag gesteld mogen worden en er tijd is voor (zelf)ontplooiing. Ook The Black Heart Rebellion trok ons eerder dit festival naar die wereld, al was dat zeker niet met drones. Hun muziek is poëzie van de donkerste soort. Ambient post-metal met tribale, oosterse invloeden en sjamanistische zanglijnen. Het blijft ons raken, hoeveel keer we ze ook zien. And So I Watch You From Afar was dan weer een ‘lichtere’ band. Hun mathcore toverde bij velen een glimlach op het gezicht en publieksfavorieten als ‘Set guitars to kill’ en ‘Big thinks do remarkable’ zorgden zelfs voor wat gedans.

Want jawel, postrock-fans kunnen dansen. En dom doen. En genieten – de legendarisch marginale afterparties zijn daar het grootste bewijs van. DUNK! is allesbehalve een bijeenkomst van sombere depressivo’s. Het is een hoogmis voor liefhebbers, fijnproevers en echte levensgenieters. Postrock is ook zelden écht sombere muziek. Er komt veelal een gevoel van hoop, van beterschap bij kijken. Het is comforting melancholia meer dan unsettling chaos. In Velzeke wordt aan de meerwaardezoekers een platform geboden en een sfeer gecreëerd die we nog nergens anders vonden. Simpele dingen als gratis koffie en ontbijt, echt pot-eten in plaats van generische hamburgers of het zo min mogelijk laten overlappen van groepen zijn kleine dingen die de DUNK!-ervaring elk jaar onvergetelijk maken en ons meteen doen verlangen naar de volgende editie. Never change, DUNK!, never change.