Over bizarre leggings en de festivalterugkeer van Fleet Foxes op dag twee van Down The Rabbit Hole

door Michelle Geerardyn

Down The Rabbit Hole is goed op gang gekomen en er zijn een paar zaken die opvallen: we hebben nog geen mannen gespot in de rij voor de douches bij de ingang van de camping, er worden bizarre DTRH-leggings verkocht en de panfluit van ‘Everything now’ begint stilaan een eigen sample-leven te leiden.

Wie de laatste restjes kater weggewerkt had bij Babylon Circus kon met de ingetogen start van SOHN even bekomen. De bescheiden Chris Taylor leefde helemaal mee in de sfeer die hij creëerde bij het adembenemende ‘Signals’. Maar vooral tijdens ‘Rennen’ leek de man de gebeurtenissen waarover hij zong allemaal opnieuw mee te maken. Taylor hield het echter niet lang kleinschalig en tijdens de overtuigende les relativering van ‘The wheel’ rees hij zowaar van achter zijn altaar. Zijn boodschap “all this fuss over nothing” werd gretig onthaald en hij voelde dat het goed zat. ‘Falling’ en ‘Hard liquor’ werden samen ingezet als overweldigende geluidsmuur en bereikten perfect het voorziene effect bij het publiek. Door weergalming van het geluid verloor ‘Conrad’ helaas wat van de strakheid die het nummer nodig heeft. Met afsluiter ‘Artifice’ was dat zeer snel vergeten en zette SOHN een welgemikte punt achter een doeltreffende show.

Fans van Nederlandstalige muziek konden gisteren hun hart ophalen. Ondergetekende heeft er niet zo’n innige band mee maar ging toch kijken naar het recente fenomeen Bazart. Bovendien krijg ik muziek het liefst niet gedwangvoerd binnen via bijna elke mogelijke radiofrequentie. Je ziet dat zich hier een klein probleem begint te stellen. Bazart toonde zich bijzonder bekwaam in de besturen van een menigte (met een uitzonderlijk hoge concentratie aan bizarre leggings). Toch was al snel duidelijk dat het concept snel vervaagde in een eentonige reeks voorspelbaarheid. ‘Chaos’ is op zich best wel een oké nummer en er zit best wel iets in de obligatoire afsluitende gouden leuze. Maar het werd allemaal zo vreselijk geforceerd gebracht dat vooral de zin “als het straks maar over gaat” bleef hangen.

Spinvis stond in hemelsbreed contrast en vertelde verhalen waarbij iedereen aan z’n lippen hing. De man wist de vinger te leggen op onderwerpen waarvan je nooit zou denken dat ze het aanhalen waard zijn. Maar als je goed luisterde dan kwam je erachter dat die dingen vaak de enige zaken zijn die er echt toe doen. Naast stille bewondering tijdens de kleine momenten, kreeg hij het publiek aan het schreeuwen om meer tijdens ‘Ik wil alleen maar zwemmen’. Een vlaag van lichte jaloezie ten opzichte van alle Justine’s en Eva’s in het publiek werd waargenomen tijdens onder andere ‘Kindje van god’. Spinvis maakte de opzichtige passage van Bazart meer dan goed en als iemand vraagt naar hobby’s dan vermelden we vanaf nu ook luisteren naar de verhalen van Erik de Jong.

De musculus arrector pili is het kleine spiertje dat zich opspant wanneer je het koud hebt of wanneer je wordt geraakt door iets magisch. Kippenvel wordt het wel eens genoemd. Benjamin Clementine was de man die gisteren persoonlijk zorgde voor het in vorm houden van die spier. Nummers als ‘Cornerstone’ raakten regelrecht in een uitgebreid spectrum aan gevoelens en werden elke seconde meer doorleefd. Tijdens ‘Condolence’ was er een kleine onderbreking maar die werd handig gebruikt om meer energie bij het publiek te genereren. Het einde van het nummer werd even uitgesteld om samen met de volledige tent angst en onzekerheid te bannen en weg te zingen.

Doordrongen met een gerust gemoed is het tijd om richting de grote tent te slenteren. Daar stond de indrukwekkende opstelling van Soulwax te blinken. Dat is niet het enige grootse aan deze band: ook de campagne en hype hebben intussen aanzienlijke proporties aangenomen. Bij aanvang leek dat nog terecht en werd er een degelijk spanning opgebouwd. Na een half uur bleek echter dat de enige onverwachte ontlading die nog in de lucht hing een serieuze bui was. Het podium leek op een situatie waar te veel mensen in een kleine ruimte iets nuttigs willen bijdragen maar elkaar daarbij voor de voeten lopen. De protserige opstelling en sound konden de leegtes die muzikaal achtergelaten werden na hoogtepunten niet opvullen.

Gelukkig was er toen de innemende NAO om je binnenste aan te verwarmen. De Britse bracht haar nummers met een aanstekelijkheid die een kurkdroge lucifer het nakijken geeft. Van het funky ‘We don’t give a’ tot het intense ‘Feel to love’ had ze alle aanwezigen volledig mee. De haast vluchtige stem nestelde zich gewillig tussen ieder dansend lijf tijdens ‘Fool to love’. NAO was als een godin die een deinende zee van gelijkgezinden stuurde richting diepe gelukzaligheid.

Anticipatie kan waarschijnlijk maar een gelimiteerd niveau van intensiteit halen. Gisteren in de Hotot stond de meter op knalrood voor Fleet Foxes. De kop werd eraf gehaald met iets minder toegankelijke nummers van de nieuwe plaat maar de allesomvattende stem van Robin Pecknold loodste mensen die nog minder bekend zijn met het materiaal met gemak naar ‘White winter Hymnal’ voor de eerste herkenningseuforie. Een charme-offensief werd ingezet in de tweede helft van de show met singles van ‘Crack-up’. Toen de eerste tonen van ‘Mykonos’ door de boxen sijpelden was het lang zoeken naar een stel functionerende knieschijven want het publiek ging massaal door de knieën.

Toch werd er iets gemist. Was er te veel verwachting geweest? De nummers werden allemaal gebracht in een soort genadeloze versie. De grootsheid zou moeten zitten in de uitvoering, niet in het volume waarmee het geheel door een geluidsinstallatie gejaagd wordt. De vossen jaagden aanwezige konijnen uit hun hol om ze met veel liefde de nek om te draaien. Het afsluitende duo ‘Blue ridge mountains’ en ‘Helplessness blues’ zorgden echter voor een laatste stuiptrekking om de vossen daar toch nog vriendelijk voor te bedanken. Fleet Foxes zette een solide show neer. Alleen kon de gedachte dat dit zoveel harder zou binnenkomen in een kleinere zaal niet onderdrukt worden. Door een band als Fleet Foxes wil je liever zacht omvergeblazen worden, niet roekeloos weggekegeld.