Plonsjes van de week #1: de nummers die je de afgelopen dagen niet mocht missen

door Thomas Konings

Onze hoofdredacteur is de naam “Punch, Brothers, Punch” beu en is op zoek naar een nieuwe naam. Plonsjes klinkt alvast gezelliger dan punchjes, en je kan zeggen dat al deze nummers een fijne duik in een nieuw muzikaal universum zijn! Laat dat je echter niet tegenhouden om nieuwe suggesties te geven via onze sociale media.

Beyoncé – Don’t hurt yourself (feat. Jack White)

Zo hard ‘Lemonade’ smeekt om diepgaande analyses (no worries, de onze is op komst), zo sterk schreeuwt de plaat ook om oppervlakkige indrukken. We hebben het hier nog steeds over popmuziek, een genre dat het moet hebben van spontane reacties. Dat is helemaal oke en het idee dat Beyoncé nu “““moeilijkere””” muziek dan haar collega-popsterren maakt, is gewoon een lachwekkende en conservatieve reactie tegen het poptimisme. Aanstekelijk en toegankelijk zijn immers geen antagonismen voor vindingrijk en intelligent. Net zoals zwarte muzikanten vanuit een underdog-positie (net vanwege die positie in de maatschappij/muziekwereld?) momenteel misschien wel de meest interessante platen maken, zo lijken ook popartiesten de inventiviteit te vinden om boeiender materiaal uit te brengen dan de ooit zo oppermachtig heersende rock-”goden”. Wat het best wel lollig maakt is dat Beyoncé op ‘Don’t hurt yourself’ die rockvibe helemaal naar haar hand zet en die *vandaag* met een likje Battles en vooral haar gouden poptoets origineler, verslavender en spannender maakt dan eender welke legendarische, maar uitgerangeerde, dik verdienende snarenplukker. Bijvoorbeeld Jack White, die B hier eindelijk weer eens fris doet klinken. ANYWAY, het ging hier over de directe rush van geslaagde pop, dus bij deze volgt onze eerste reactie op ‘Don’t hurt yourself’: “fuuuuuuuuuuck Bey gaat zo hard”. (TK)

VIOLENCE – A hierarchy of principles

Vorige week had ik het hier al eens over VIOLENCE, een soort moderne singer-songwriter waar niet veel informatie van te vinden is. Ik schreef over “hij” maar had volgens de schaarse info die ik nu op het internet vind denk ik een in het Nederlands onbestaand (fuck you Nederlands) genderneutraal voornaamwoord moeten gebruiken. Sorry Palmtrees Caprisun (echte naam van Violence) (ook weer niet zó echt vermoed ik). Chance dat we deze week weer een afspraak en een geniaal nummer hebben om die fout recht te zetten. ‘A hierarchy of principles’ is heerlijk rauw afkicken van al die goeie maar gladde muziek die je deze week quasi-verplicht moest luisteren. Het nummer samplet nochtans voortdurend Tove Lo, maar dat merk je niet meteen omdat die vocals ergens claustrofobisch vastgeklemd zitten tussen verschillende lagen noise en originele zang. Intens en donker, heel luid maar toch een beetje mooi en alweer een soort nieuwe richting voor de brutale electronica van z’n peers. Nog één ding: je ervaart dit nummer enkel zoals het hoort met je volumeknop volledig open. (TK)

Drake – Too good (feat. Rihanna)

Hoe blijf je Rihanna zijnde na de release van ‘Anti’ in de schijnwerpers staan? Opmerkelijke video’s, check! Opmerkelijk toeren, check! Opmerkelijke features, dubbel check! Neem die “dubbel” hier voor een keer heel letterlijk, want deze week kregen we er maar liefst twee. En het was twee keer raak ook, RiRi bewees andermaal de enige te zijn die een Calvin Harris-nummer van zichzelf kan redden en wist daarnaast helemaal te shinen op een nieuwe Drake-song. ‘Too good’ is een combinatie van de twee zuiderse genres die de Canadees zich toegeëigend heeft – dancehall en afropop – en weet die mix op de een of andere manier toch niet als een rommeltje te laten klinken. Ik weet niet of het maatschappelijk gezien niet een beetje vreemd is om Drake z’n beste Patois te horen flexen op een Afrikaans deep-houseritme, maar het werkt muzikaal gezien wel heel goed, zeker wanneer de stemmen van een sentimentele Drake en een sterke Rihanna afwisselen. (TK)

ISLAND – Lights go by

Suckers voor desolaat dansvloerdrama hebben hun weg naar Wedidit al lang gevonden. Het collectief rond onder meer Ryan Hemsworth en Shlohmo is de hofleverancier van alles wat tegelijk elektronisch, hip en droef is. Als Purple z’n tristesse nog verstopt onder een postmoderne schijn van ironie, dan durft Shlohmo als geen ander bij momenten ronduit sad gaan. Nieuwste signing ISLAND gaat echter nog verder en zoekt als Holy Other en Burial net de bodem van je ziel op; waar je na een diepe val beland bent, maar toch eindelijk weer naar boven kunt kijken. Het Welshe duo vertrekt daarvoor vanuit een achtergrond in de grimescene, die eerder onder meer MssingNo, Visionist en Mr. Mitch in gelijkaardige moody richtingen duwde. De roots zijn hier echter al ver te zoeken, aangezien de sound onder de perfect gepitchte vocals meer richting Lorenzo Senni’s pointillistische trance gaat maar nooit de extase van dat genre weet te bereiken. Da’s waarschijnlijk net het trucje: je ziet de zonnestralen wel priemen boven je put, maar krijgt van ‘Lights to by’ geen trapje om eruit te klauteren. (TK)

Dawn Richard – Honest

Dawn Richard geraakt steeds hoger op het favorietenlijstje van liefhebbers van de betere progressieve electropop en tot die categorie mag je ons overigens ook rekenen. Naast een waslijst andere projecten, heeft de Amerikaans ook een ep met Kingdom op stapel staat. Het is een delicate, smachtende brok verlangen geworden, omheven door delicate smurfenecho’s. Gewoon luisteren is de boodschap. (MD)

Lauren Auder – These Broken Limbs Again Into One Body

Lauren Auder is goed op weg om van 2016 zijn doorbraakjaar te maken. De 17-jarige Fransman heeft zich op korte tijd een eigen geluid kunnen aanmeten – dat zich grotendeels rond zijn diepe, karakteristieke stemgeluid vormgeeft – en hij weet zich steevast te omringen door getalenteerde producers (o.a. Kassett op succesnummer ‘Stigmata’) die zijn visie muzikale richting geven. ‘These broken limbs again into one body’ hult zich in een ogenschijnlijk ondoordringbare muur van noise waar zich een claustrofobische vorm van schoonheid weet te ontplooien. De grote sterkte van Lauren is dat zijn werk altijd heel persoonlijk en intiem aanvoelt, alsof hij in elk nieuw nummer een ander stukje van zijn ziel prijsgeeft. Het is de gevoelige en kwetsbare manier waarop Lauren zijn teksten brengt die zijn songs uiteindelijk zo’n exquis karakter bezorgen. Uitzonderlijk verslavend bovendien, ik denk dat ‘These broken limbs again into one body’ de afgelopen 24u meer dan 40 keer gepasseerd is. (AB)

Yumi Zouma – Barricade

Yumi Zouma blijft de nagenoeg perfecte popdeuntjes opstapelen. Nieuwste wapenfeit is ‘Barricade’, een gewichtloos stukje zeemzoet genot dat zich ongedwongen als een warme gloed een weg door een onze huiskamer baant. De song excelleert in harmonieuze gezangen en gestaag opbouwende synths die naar een bescheiden vuurwerkje toewerken. Yumi Zouma is een band om te koesteren, en één die ons nog harder doet smachten naar de groene natuur van de zomer. Hé kijk, daar is de zon. (AB)

Nothing – The dead are dumb

Qua statement kan een titel als ‘The dead are dumb’ wel tellen. Verder zakken de stoere jongens van Nothing liever weg in moody shoegaze, die overal ook ongevaarlijk maar effectief blijft. De gitaren worden precies echt nooit helemaal losgelaten en wanneer er zelfs een gitaarsolo opduikt, blijft die in het teken van de tristesse staan. Hoewel het nummer op die manier wel echt braaf blijft en weinig nieuwe elementen toevoegt aan de bekende sound wérkt het gewoon, en daarom gaan we de Amerikanen niet afrekenen bij hun derde (!) verschijning in deze rubriek in de aanloop naar hun ‘Tired of tomorrow’-release. (TK)

White Lung – Below

Eerdere singles die het Canadese White Lung dit jaar uitbracht, wortelden sterk in (post-)punksferen en deden bijgevolg erg energetisch aan. Met ‘Below’ lijkt de band die koers een beetje bij te stellen en gaan ze voor een zachter new wave-kantje, dat meteen ook tot meer melodie leidt. Ergens doen de vocals van Mish Way mij ook wat denken aan hoe Stefanie Mannaerts zingt, en na nog een luisterbeurt zou je heel het nummer eigenlijk met een pop-variant van Brutus kunnen vergelijken. (GD)

D’Angelo ft. Princess – Sometimes it snows in april

Afsluiten doen we met het obligate Princetribute. Eén van de elfendertig corny covers van ‘Purple rain’, besparen we je. In de Tonight Show kroop d’Angelo in Princeplunje achter de vleugel en bracht hij deze delicate versie van ‘Sometimes it snow in April’, de song die nu op macabere wijze verwijst naar de sterfmaand van The Artist Formerly Known As TAFKAP. Het zoveelste bewijs trouwens dat d’Angelo zelf meer dan een klein beetje Prince wil zijn. Onze tip: meer dan één plaat in 10 jaar uitbrengen zou een begin kunnen zijn, om de productieve purperen hoogheid naar de kroon te steken. ‘Ask your boi’. (MD)