Punch, Brothers, Punch: 11.10 – de tien beste nummers van de week

door Jens Van Lathem

In de Indiestyle-kringen beginnen ze (TK), (MD) en (JVL) het gouden middenveld te noemen. Jullie hoeven dat gelukkig niet te doen of zelfs niet te denken, zolang jullie maar naar deze tien liedjes luisteren die zij speciaal voor jou hebben uitgekozen. Goed voor winter- en andere dippen.

Neon Indian – The glitzy hive

Met ‘Annie’ en ‘Slumlord’ maakte Neon Indian al tweemaal een kamikazeduik in een cheesy eightiesbad; met ‘The glitzy hive’, het derde nummer dat Alan Palomo deelt uit zijn nieuwe plaat, gaat hij zo mogelijk nog een stapje verder. Prince mag terecht jaloers zijn op dit botergeile funkbommetje, bestaande uit synthvuiligheid die onvermijdelijk je voeten aan de dansvloer zal doen kleven. Het is kitsch en het is heerlijk. (MD)

Hype Williams – Distance

Nu Dean Blunt en Inga Copeland niet weinig succes hebben geoogst met hun solocarrières, is nieuw materiaal van Hype Williams – het vage project waarmee beiden destijds de scene binnensijpelden – iets waarnaar wordt uitgekeken. Copeland en Blunt kozen echter voor een comeback (al kan het ook een ouder nummer zijn) met een understatement, zoals dat perfect bij het imago van het duo past. Het fragiele lied zou een in memoriam zijn aan de onlangs overleden Barron Machat. Wat flarden harp, softe beats en fluisterende strijkers brengen ons in een contemplatieve stemming. (MD)

Pill – Hot glue

Als je deze bandnaam met een l te weinig spelt, krijg je het zootje ongeregeld waarmee Johny Rotten graag tegen de schenen stopt. Pill met dubbele l heeft ook punkattitude in overvloed, maar haalt de mosterd eerder bij Sonic Youth en consoorten. Genadeloos beukt de gitaarmuur van ‘Hot Glue’ tegen je trommelvlies. Een krankzinnige sax klieft door de chaos, op een manier die Contortions en X Ray Spex jaloers maakt. (MD)

Le1f – Rage

Le1f was een van de eerste artiesten die uit het hokje queer hop wist te breken en slaat voor ‘Rage’ de handen in elkaar met Balam Acab. Die laatste levert hier niet zijn archetypische, nostalgische electronica, maar een flitsende fluoproductie. ‘Koi’, het nummer dat Le1f eerder met SOPHIE in elkaar bokste, wordt zelfs qua hyperactiviteit voorbijgestoken. De rapper z’n kinetische, geautotunede uithalen banen zich een weg door de springerige beats en samples. Dit is het soort avontuurlijke indie hop waar wij onvermijdelijk van gaan watertanden. (MD)

dev09 – You made me

Je kan niet naar ‘You made me’ van dev09 luisteren zonder binnen de seconde aan Banks te denken. De vocals zijn erg gelijkaardig en het feit dat de muziek van Devin Murphy ook ergens tussen alt-pop en alt-r&b zweeft, “helpt” niet meteen. Waar Banks echter kracht vindt in kwetsbaarheid, klinkt deze achttienjarige hier sterk en zelfverzekerd met een onweerstaanbaar refrein en enkele geweldige one-liners. (TK)

Murlo – Cascade

Eerder dit jaar koos ik een samenwerking van MssingNo en TĀLĀ voor deze rubriek (die ik ondertussen nog zo’n honderdduizend keer luisterde), vandaag heeft Murlo een gelijkaardige combinatie van frisse, exotische synths en stofzuigerbassen in petto met zijn laatste nieuwe wapenfeit ‘Cascade’. Het nummer doet ergens denken aan foute nineties-dance maar houdt het toch vooral enorm spannend met onnavolgbare flitsen en een drijvende grime-invloed. (TK)

Car Seat Headrest – Times to die

Ik snap niet zo veel van ‘Times to die’, maar ik kan je wel vertellen dat het nummer een gigantische mastodont is die je graag langs alle kanten inspecteert en er tegelijk ook in slaagt je doorheen een bewogen tocht te loodsen. Verder weet ik ook dat Car Seat Headrest echt de shit is en hij binnenkort niet voor niets een album mag uitbrengen bij Matador. (TK)

Haybaby – Elevator song

Er zit schoonheid in een bloem die maar niet wil openbloeien, in een persoon die in een hoekje wil blijven zitten en letterlijk een muurbloempje wil worden. ‘Elevator song’ is het muzikale equivalent van en een ode aan iedereen en alles die zich letterlijk niet wil laten kennen. (JVL)

Jaala – Shalt shaker

Er zit schoonheid in die ene jongen of dat ene meisje uit je klas die zijn of haar spreekbeurten nooit voorbereidt en altijd ter plekke moet improviseren. Er zit schoonheid in die ene persoon uit je vriendenkring die nooit opzoekt hoe ze op die ene nog nooit bezochte plaats kunnen komen. ‘Shalt shaker’ is het muzikale equivalent van en een ode aan iedereen die elke dag opnieuw denkt: fuck it, let’s wing it. (JVL)

Laura Stevenson – Claustrophobe

Er zit schoonheid in iets dat je in de jaren 90 op elke college radio had kunnen horen. Laura Stevenson is dat en doet dat goed. (JVL)