Foto's en verslag Two Gallants + To Kill A King in Botanique op 27.11

door Robin Dua
Two Gallants
Two Gallants
Two Gallants
Two Gallants
Two Gallants
Two Gallants
Two Gallants
To Kill A King

Foto’s Robin Dua, verslag Filip Van Der Elst

Doemdenkers zouden zich wel eens kunnen afvragen hoe een band als Two Gallants kan standhouden in muziekwereld die toch hoofdzakelijk gedomineerd wordt door herkauwbare popmuziek. Spraakwatervallen zijn het al niet bepaald, en hun muziek lijkt op het eerste zicht voornamelijk gemaakt voor andere mannen met baarden. Maar wij zijn geen doemdenkers. Two Gallants is zo’n band die je moet ontdekken: toen ondergetekende hen ergens rond 2007 voor het eerst te horen kreeg, was dat niet meteen een aha-Erlebnis zoals je dat kan voorhebben bij bands die excelleren in dansbare en eclectische pop-rock. Two Gallants doet het anders: het is pas wanneer je de beenharde teksten grondig onder de loep neemt en je je volledig onderdompelt in hun rouwe americana dat Adam Stephens en Tyson Vogel echt tot je kunnen doordringen.

Nog een snel woordje over voorprogramma To Kill A King: we hebben enkel het slot van hun set kunnen meepikken, en hadden al snel spijt dat we niet eerder naar de Botanique waren afgezakt. We hoorden hier eens een flard folk die naar de popzijde van het spectrum neigt, daar eens geduldig opbouwende blues met enkele snedige gitaarpartijen. Afsluiter ‘Fictional State’, en dan zeker de lange outro, is een aanrader voor de meerwaardezoeker. Wij hoorden een combinatie van de pure mooiheid van The National en de feelgoodfolk van Noah & The Whale.

“You can try, but ain’t no use /// I’ll lose it if you cut me loose”, zo luidt de slagzin van ‘My Love Won’t Wait’, bijna vier minuten moddervette bluesrock die al snel de essentie van het leven volgens Two Gallants samenvat. De teksten staan bol van de persoonlijke verwijzingen: “Well I come from the old time baby, too late for you to save me /// If I remain then I’m to blame /// But if you should ever leave me, I’ll go where you lead me /// It’s all the same, the same old game”, zo klinkt het pijnlijk realistisch in het verder ook bloedmooie ‘Steady Rolling’. We waren dan nog maar vier nummers ver, en hadden al mogen kennismaken met de rauwe stem van Vogel in ‘Winter Youth’, en met het ‘Despite What You’ve Been Told’, wat zoveel betekent als een Two Gallants-aanzet tot een radiohit. Een hit is het niet meteen geworden, een fantastisch lied des te meer.

Two Gallants heeft als geen andere groep twee gezichten: het ene moment zijn het bikkelharde Americanarockers, in de traditionele bluesrockstijl. Snijdende songs als ‘Las Cruces Jail’ en ‘Halcyon Days’ zijn uitstekende adelbrieven in die categorie. Soms komt daarentegen het verrassend breekbare alterego van de stoere cowboys naar boven. Het gezicht dat beter past bij de schuchtere uitstraling die deze heren uitstralen: zanger en gitarist Stephens laat zelfs het gros van de bindteksten over aan drummer Vogel, die er toch nog iets van publieksinteractie weet in te krijgen.

Geen weldenkende ziel die Stephens zijn introverte karakter kwalijk neemt. Als hij zijn hart blootlegt doet hij dat in songs, geregeld gewapend met een mondharmonica die de liedjes nog van een extra door merg en been snijdende emotie voorziet. We gooien er nog een keer een songtekst tegenaan: “There’s no need to ask. Shut your mouth, raise a glass /// But the youth that you drink to is already the past /// And the boy on your arm girl, you know he won’t last; the boy on your arm girl, you know he won’t last”, klinkt het in het oude ‘My Madonna’. Een lied waarbij wij ons een eenzame cowboy in de prairie indenken, wat raar is als je hoort dat Two Gallants in wezen twee stadsmussen uit San Francisco zijn.

Naarmate de set vorderde, moest Two Gallants steeds minder moeite doen om ons van hun pure pracht te overtuigen. We waren duidelijk niet alleen, want tijdens de schattige samenzang van Stephens en Vogel in het hartverscheurende ‘Broken Eyes’ en het akoestische ‘Sunday Souvenirs’ kon je een speld horen vallen in de uitverkochte Orangerie. Het tongue-in-cheek gehalte, balancerend tussen vrolijkheid en goedbedoelde melancholie, van afsluiter ‘Nothing To You’ stuurde ons met een brede glimlach huiswaarts.

Two Gallants, ‘t is geen gemakkelijke kost, maar als je ze laat doordringen kan je snel versteld staan. In tijden waarin folkrevival het woord van de dag is, vinden wij het alvast een onvoorstelbaar goede zaak dat oprechte emotie zoals die van deze Two Gallants na anderhalf uur boordevol emotie een warm en welgemeend applaus krijgt.

Botanique programmeert binnenkort onder meer Great Lake Swimmers + Zammuto + Dusted (02.12), Bonaparte + Tim Fite (10.12) en Neil Halstead + Coffee Or Not (21.12). Klik hier voor tickets, de volledige kalender en verdere info.

Two Galants website

To Kill A King Website