Liars ontpopt zich tot een waanzinnig soloproject op ‘TFCF’

door Tobias Cobbaert

Elk album van Liars lijkt een ander geluid te verkennen, al loopt er een rode draad tussen opzwepende noiserock en bezwerende electronica. Ook het aantal bandleden is doorheen de carrière van de groep niet consistent gebleven. ‘TFCF’ is in feite het eerste soloalbum van Angus Andrew, die op dit moment in zijn eentje het project leidt. Volgens hem zorgt dat voor een veel persoonlijker en introspectiever geluid dan de voorgaande Liars-platen, en dat levert vanzelfsprekend weer een andere klank op.

Andrew laat al vrij snel blijken dat zijn innerlijke leefwereld behoorlijk bizar is. Neem nu bijvoorbeeld ‘Cliche suite’, dat klinkt als een bruidsmars voor een trouwfeest op de psychiatrieafdeling. Gedreven door een manisch orkest wekt het nummer een waanzinnige sfeer op die het geluid van heel het album definieert, maar telkens op verschillende manieren uitgewerkt wordt. In ‘No tree no branch’ bereikt Andrew hetzelfde effect door zijn typerende kalme stemgebruik tegenover de overstuur klinkende instrumental te plaatsen. ‘Face to face with my face’ klinkt dan weer als een occulte dubplaat die je weet te bezweren met z’n diepe bastonen en sjamanistische zanglijnen. Vervreemding is een van de belangrijkste stijlfiguren op ‘TFCF’.

De opvallendste stijlbreuk ten opzichte van Liars’ vroegere werk, is de prominente rol van de akoestische gitaar. Openingstrack ‘The grand delusional’ is opgebouwd rond een atmosferisch gitaartapijt dat mijlenver verwijderd is van de directe electropop die Liars op ‘Mess’ liet horen. Het opvallendste nummer in dit opzicht is ‘No help pamphlet’, wat bijna klinkt als een conventionele folkballade, ware het niet dat Andrew er een zekere onderhuidse spanning aan weet toe te voegen. Het contrast tussen deze akoestische passages en de elektronischere nummers versterkt de grillige sfeer die doorheen ‘TFCF’ loopt.

Ondanks de zin voor avontuur presenteert Andrew ook een paar nummers die vertrouwder klinken voor mensen die Liars al langer volgen. ‘Cred woes’ is opgebouwd rond een hypnotiserende beat die dankzij het pompende ritme langzaam maar zeker je gehoororgaan in geboord wordt en doet denken aan de actievere nummers van op ‘WIXIW’. De opgebouwde trance wordt daarna brutaal aan diggelen geslagen door ‘Coins in my caged fist’, het agressiefste moment op ‘TFCF’ dat door z’n wilde percussie doet denken aan de oude noiserockdagen van het project.

Angus Andrew bewijst op ‘TFCF’ dat hij zijn project ook in z’n eentje boeiend kan houden. Het album is een krankzinnige mengelmoes geworden van diverse stijlen en gebruikt deze waanzin in z’n voordeel om een bevreemdende luisterervaring te bieden die ondanks het unieke geluid en lak aan conventies toch weer heel herkenbaar Liars is.

Liars speelt dit najaar tweemaal in ons land: op 10 november in de Botanique en op 11 november op Sonic City.