S10 omarmt haar demonen op ‘Vlinders’

door Geerhard Verbeelen

Nederlandse rapper S10 debuteerde op haar zestiende met het bloedeerlijke en intense ‘Antipsychotica’. Het persoonlijke relaas over haar loodzware leven in de psychiatrie bombardeerde Stien den Hollander (onbedoeld) tot spreekbuis van een generatie. Een generatie van mondige jongeren die hun kwetsbaren durven tonen en er zelfs inspiratie uit putten.

Vier jaar later is openheid over mentale problemen nog steeds broodnodig, misschien wel meer dan ooit. Er heerst nog steeds onbegrip, het taboe is nog niet volledig doorbroken. S10 trekt zich daar bitter weinig van aan. Op haar twintigste beschikt ze over meer levenservaring dan de gemiddelde zestiger. “Bange mensen creëren meer angst, ik weet wat ik doe, dus ik doe wat ik kan. Anders dan op de hyperpersoonlijke voorgangers bevat ‘Vlinders’ universeel herkenbare problemen. Het album zit vol verwijzingen naar zowel genegenheid en geborgenheid als angsten en spanningen.

Uiteraard toont ze haar meest breekbare kant nog, zoals in ‘Licht’ en ‘Handen van mijn moeder’. De klassieke piano zet die gevoelens extra in de verf. Om haar ideeën kracht bij te zetten klinkt de productie soms zelfs theatraal. Zo lijken de strijkers haar zinnen af te maken in ‘Kapot’ en ‘Gelogen’. De pijn en onrust in dat laatste nummer zijn haast voelbaar. Een stem die richting climax wanhopiger klinkt, waarna alles lijkt leeg te lopen. Slim, en o zo mooi.

Toch bewijst S10 op ‘Vlinders’ dat ze nog meer in haar mars dan zwartgalligheid alleen. Want wie down is, heeft vleugels nodig. Soms bekijkt ze het leven door een roze bril. De Nederlandse bezingt de liefde in ‘For days’ en het bijzonder aanstekelijke ‘Ochtend/avond’ met Yung Nnelg vult je hart met vertedering. Als je haar biografie leest, gun je haar het geluk des te meer.

De gastbijdrages zijn trouwens niet overheersend, wel goedgekozen. Gian zorgt voor een aangename ondersteuning in ‘Wat ze willen’ en S10’s samenwerking met Zwangere Guy komt ook niet uit de lucht gevallen. Net als Stien laat de Brusselaar vaak in z’n binnenste kijken. Beide delen een getroebleerde jeugd, die ze elk op hun manier weten te verwerken. Hun nummer ‘Achter ramen’ (prachtige clip trouwens!) vat op meesterlijke wijze de eenzaamheid en anonimiteit van het leven in een grootstad. “Moederziel alleen en toch met tien in een gezin. De stad is bikkelhard en krijgt hier altijd zelf haar zin.”

Hoewel ik katholiek ben opgevoed, had ik nooit gedacht dat ik op een dag “Alleen Maria is heilig” zou meebrullen. ‘Maria’, De grootste banger van de plaat is een eerbetoon aan vrouwen. “Wie zijn jouw iconen?”, vraagt Stien zich luidop af. Het lijkt me niet lang meer te duren voor ze er zelf een wordt.

De kracht van S10 zit deels in haar slimme lyrics. Ze is een geboren verhalenverteller. Ze ontroert met ogenschijnlijk simpele zinnen. “Het is donker, samen rijden we nergens naartoe”, klinkt het in ‘Vul de ruimte’. Ze weet twijfels en onzekerheden helder uit te drukken. Haar kompaan Sim Fane zorgt voor de afwerking. De productie werkt verslavend en weet telkens de stemming te versterken. Dat gaat van de nare koortsdroom in ‘Crystal clear’ tot het onheilspellende ‘Maskers af’. Het leven bestaat nu eenmaal uit up en downs, die de Nederlandse op ‘Vlinders’ harmonieus samenbrengt.

S10 blinkt uit in authenticiteit en oprechtheid. In een wereld vol filters, reclames en valse blijheid doet het deugd om nog eens echte emoties te horen.