Header image

Nabeschouwing Best Kept Secret, dag 2: Young Fathers tekent voor geschiedenisboeken

door Yannick Verhasselt

Bakken en braden bleef ook op dag 2 van Best Kept Secret het mantra. Wij zagen onder meer Interpol, Young Fathers, Tinariwen, Kevin Morby en meer. Lees hieronder het volledige relaas. Geschreven door Yannick Verhasselt en Louis Keymeulen. Beelden door André Joosse.

Gehuld in een zwarte, lederen jekker met franjes en er nog steeds cool uitzien, is volgens mij al een prestatie op zich. Kevin Morby deed ‘dat’ en hij bracht op het middaguur al een concert om in te kaderen. Wie de stofprut uit elk lichaamsdeel heeft gekoterd en de moed vond om op het belachelijke tijdstip van twaalf uur, kreeg waar voor dat allemaal. Als een jong veulen denderde Morby het podium op en neer. Eens à la Nick Cave zoekend naar verbinding met het publiek, elders stuiterend richting drums. Erg onvoorspelbaar was de show dan weer niet bepaald: Morby’s laatste plaat ‘This is a photograph‘ stond immers voornamelijk centraal.

Echter was de instrumentatie bij nummers als ‘Bittersweet, TN’, ‘Piss river’ en ‘Campfire’ subliem. Dat heerlijke country getjengel in combinatie met strijkers, heerlijk. Shout-out overigens naar de saxofonist die bij momenten furieus dan wel enthousiast uithaalde. (Yannick)

Kevin Morby

Kevin Morby – Best Kept Secret

Ze zagen er wat cliché high schoolerig uit, maar aan hun enthousiasme zal het alvast niet gelegen hebben. Sterker nog, als er iets is dat STONE‘s in de dampende The Secret over de streep trok was waarschijnlijk de manier waarop frontman Fin Power eens een Ian Curtiske deed dan wel Freddie Mercury-gewijs met z’n armen zwaaide. Het bewijst nog maar eens dat je op een podium ook zieltjes kunt winnen, ookal heb je er niet meteen de songs voor. Want laten we nu eerlijk zijn; ‘Left right forward’ was ook niet meer dan wat de titel meegeeft.

Ook andere nummers als ‘Let’s dance to the real thing’ of ‘Keep running’ bleven vrij braaf in hetzelfde, conventionele cliché Britse post-punk hangen. Toch was het publiek na enige nummers wel mee in het verhaal van Power en co en was bij enkele nummers sprake van wat moshpits. Al hield het bandje, bij gebrek aan meer materiaal, het wel alweer bekeken na een dik halfuur. Jammer. Het publiek had immers nog wel even kunnen doorgaan. (Yannick)

Black Country, New Road

Black Country, New Road – Best Kept Secret

Look at what we did together. BC, NR, friends forever“. Wat een parcours dat dit zestal heeft afgelegd in de afgelopen jaren. We hebben het al vaak verteld, maar hopelijk is dit de laatste keer. De groep sloeg vorig jaar een bladzijde om nadat zanger en songwriter Isaac Wood besliste om ermee op te houden. Wat volgde was de release van een live-plaat genaamd ‘Live at Bush Hall’ waar de band uitsluitend nieuw materiaal bracht. Uit respect voor Isaac, die het mentaal moeilijk had om de groep te leiden, worden nummers van de eerste twee veelgeprezen albums niet gespeeld. De vraag was hoe haalbaar het voor de groep ging zijn om de leegte, op het podium, te vullen.

Het is ze gelukt. Sterker nog, het lijkt alsof die leegte er nooit geweest is. Op het podium is de groep nog steeds dezelfde. Een groep van introverte, hypergetalenteerde, nerdy multi-instrumentalisten. Ook al is de dankbaarheid voor het applaus zeker aanwezig, verhult de groep het onder een deken van sarcasme en verlegenheid. Black Country, New Road floreert eigenlijk in een intieme setting. Maar zelfs op een festival als Best Kept Secret, dat allesbehalve aan dit criterium voldoet, is de groep even authentiek. Spreken met de vingers die foutloos het meeste uit de instrumenten halen. Gitaar, banjo, dwarsfluit, en zelfs het bespelen van de basgitaar met een strijkstok. Ze halen alles uit de kast, maar doen het met een gestreken gezicht en zonder greintje vermoeidheid. BC, NR is een collectief in de puurste zin van het woord. Bassiste Tyler Hyde nam de meeste zangpartijen voor haar rekening, maar schoof deze soms ook door naar pianiste May Kershaw en zelfs saxofonist Lewis Evans.

Het festival maakte het eigenlijk niet makkelijk voor de Britten. Op de warmste dag volgens de weersvoorspellingen maakte de zon van de tot de nok gevulde tent een ware bakoven. Uit schrik om flauw te vallen, begaf een deel van het publiek zich na de helft van de set naar een schaduwplek buiten. De bandleden, die sowieso al vrij serieus ogen als ze live spelen, konden ook niet wegsteken dat de hitte hen parten speelde. Enkele technische problemen bij de mixing was de kers op de figuurlijke, in brand staande taart. Het feit dat ze zelfs onder deze omstandigheden hun hoofd uiteindelijk koel hielden om een stevige set af te leveren, is des te indrukwekkender. Ze mogen de roem zelf misschien niet even hard wensen, maar deze komt hoe dan ook, nog meer, op hen af. Don’t ask, and you’ll receive anyway. (Louis)

Tinariwen

Tinariwen

De Malinese band Tinariwen had de aartsmoeilijke taak om de One op gang te draaien in de ziedende hitte. Het briesje vanop het meer bracht zeker enkele keren verkoeling – en pootjebaden was voor veel bezoekers tijdens de show van de band dan ook erg in trek. Al was het voor diegenen die de band van dichtbij wilden zien vooral tuffen en zweten vooraan. Toch deed de band het verbazingwekkend goed en bleef het publiek over de hele show wel staan. De karakteristieke toareg-gitaren rolden heerlijk over de koppen. Frontman Abdallah Ag Alhousseyni ontpopte zich tot ceremoniemeester die zowel band als publiek in een trance bracht – ondanks de hitte. (Yannick)

Wie beter dan Two Door Cinema Club om een publiek lijdend aan zonneslag op te beuren. De Noord-Ieren staan al bijna twintig jaar garant voor deftige feel-good indie pop. En op dat vlak was het alleszins missie volbracht. De meesten waggelden van link naar rechts al staand op het terrein, of al zittend langs de oever. Zoekend naar een frisse bries.

Two Door Cinema Club

Two Door Cinema Club – Best Kept Secret

Artiesten met veel live-ervaring komen in twee beduidende soorten. Enerzijds heb je degenen die hun ervaring gebruiken om nieuwe manieren te zoeken om het publiek te betrekken. Anderzijds zijn er acts die op autopiloot spelen en hun set foutloos, maar ietwat inspiratieloos afleveren. Two Door Cinema Club behoorde jammer genoeg tot de tweede categorie. Alles was heel erg afgelijnd en voorspelbaar. Nu, het moet gezegd zijn dat dit voor het merendeel van de toeschouwers meer dan genoeg was. Ze sloegen aan het dansen bij opener ‘This is the life’ en stopten niet meer.

Het valt op dat het oude materiaal van de band voornamelijk in de smaak valt. Vorig jaar bracht de groep ‘Keep on smiling’ uit, maar speelde hier uiteindelijk maar twee nummers van, namelijk ‘Lucky’ en ‘Wonderful life’. Succes en populariteit is een wrang beestje en één waar zanger Alex Trimble al vaker heeft mee geworsteld. Album ‘Gameshow’ bespreekte het thema uitgebreid en beschreef hoe de band worstelde met de kritiek dat de groep soms uitgeblust lijkt. Deze afgelijnde set speelt jammer genoeg eerder in de hand van dat vooroordeel.

Pas op, de (touring) leden van Two Door Cinema Club zijn allemaal meer dan bekwame muzikanten, en ze hebben klassiekers gemaakt. Nummers als ‘Undercover Martyn’, ‘Sun’ en ‘Something good can work’ slagen er nog steeds met verve in om core memories te ontgrendelen bij het publiek. Gitarist Sam Halliday leek zich ook te amuseren. Vooral bij Frontman Alex Trimble was het enthousiasme niet altijd even zichtbaar. Bon, amusement was er alleszins wel, en dat is zéker belangrijk. (Louis)

Young Fathers

Young Fathers – Best Kept Secret

De laatste keer dat we Young Fathers aan het werk zagen, dateert alweer van 7 à 8 jaar geleden ten tijden van ‘White men are black men too’. Sindsdien, zeker met de release van ‘Cocoa sugar’, heeft de band zich tot in het collectieve geheugen geprent met bangers als ‘Toy’ en ‘Wow’. Die laatste zette, na openingstrack ‘Queen is dead’, meteen de toon. Alloysious Massaquoi, Kayus Bankole en Graham “G” Hastings laten zich sinds enige tijd bij staan door twee zangeressen – iets wat tijdens hun show absoluut een meerwaarde vormde. Het vijftal was een plezier om te aanschouwen. De synergie droop van het podium af zoals bij ‘Wow’ of het daaropvolgende ‘Get up’. Hun meerstemmigheid gaf bepaalde cuts een extra dimensie die je enkel live kunt aanschouwen – zeker wanneer ze dermate enthousiasme worden gebracht. Bij momenten (‘Rain or shine’, ‘Ululation’ of oudje ‘I heard’) voelde hun concert niet aan als een show, maar als een viering van muziek.

In de Two is het overigens al het hele weekend vechten tegen de hitte – en soms de gevolgen daarvan. Young Fathers speelde echter net op het perfecte moment waarbij de zon iets minder fel al aan het schijnen was, en je dus wél eens kon genieten van een echte heksenketel. Dat was het uiteindelijk ook wel. Er was geen mens die niét op de heerlijk opzwepende muziek van de band aan het dansen en genieten was. Het slotoffensief werd overigens ingezet door het vlijmscherpe ‘I saw’ met stompende drums en bijna maniakale vocals van het trio. ‘Shame’ ging verder op hetzelfde elan, waarna de band op een overweldigende wijze met ‘Toy’ afsloot. (Yannick)

Het moment waar alle veertigplussers op de festivalweide naar uitkeken was eindelijk aangebroken. Velen onder hen waren verbaasd dat hun geliefde Interpol niet aantrad op de One, maar in de Two. Het weerhield de aanbidders echter niet om volledig los te gaan op de alt rock van Paul Banks en co. Uit de duisternis kwam de band op het podium in sobere aankleding om de fans te geven wat ze wilden. En meer. In tegenstelling tot andere acts paste de donkere, zwart-witte atmosfeer heel goed bij de groep. Interpol bestaat al bijna 30 jaar. Banks stelde die ervaring dat met de manier waarop hij op het podium stond ook fraai ten toon. Een soort uitstraling die tegelijk heel sober en heel krachtig is. Een rockster pur sang, maar dan zonder de stroboscopen.

Interpol

Interpol – Best Kept Secret

Met spots werd er wel gewerkt. Sterker nog, de band had zelfs een discobal mee. Deze werd niet opgehangen, maar stond gewoon op de vloer. Hierdoor weerkaatsten de lichtstralen op de silhouetten af op de bandleden. Het effect was vergelijkbaar met een hollywoodster die weg stapt van een explosie. Het is nog niet exact dezelfde manier waarop Josh Homme zijn publiek bij de kraag pakt, maar de baritonstem van Banks en de gitaarskills van Daniel Kessler kwamen zeer dicht in de buurt.

Een manier waarop je kan merken dat het publiek volledig mee is, is wanneer ze spontaan beginnen klappen op het ritme. Dit is tijdens de volledige set een zestal keer gebeurd. Een aantal keren meer en het zou beginnen lijken op een sekteritueel. Het toonde vooral aan dat het publiek echt mee was. Vooral tijdens hits als ‘Evil’, ‘Obstacle 1’ en ‘Slow hands’ spatte het enthousiasme van het publiek af. Een interessant contrast met de koele kikkers die op de planken kwaakten. Interpol heeft een net optreden verzorgd. Het zal niet veel nieuwe fans gewonnen hebben, maar is dat nodig als je loyale fanbase reeds de volledige tent heeft ingepalmd? Het zal hen alleszins worst wezen.

Lees hier het verslag van Psychedelic Porn Crumpets (geschreven door Louis Van Keymeulen)