Priests beheerst de kunst van het kwaad zijn op ‘Nothing feels natural’

door Yelke Van Laer

Postpunkband Priests – niet te verwarren met priestercollectief The Priests – bewandelt op z’n debuut hetzelfde pad van rebellie en liberalisme dat het met z’n fantastische eerste ep uitgestippeld had. In de uit Washinton D.C. afkomstige band bezingt/schreeuwt frontvrouw Katie Alice Greer zich maar al te graag de longen uit het lijf om de huidige politieke en sociale toestand op een persoonlijke manier aan te kaarten.

De albumtitel ‘Nothing feels natural’ slaat op de Amerikaanse maatschappij die Greer in haar songteksten onder de loep neemt. ‘No big bang’ verkondigt met behulp van repetitieve zang en een pompend drum-bas-combo het meeste kritiek. Ook ‘Pink white house’ is opgebouwd rond sneren naar de American dream. Come on palm trees, come on soft seas, come on vacation, come on SUV/ Come on nothing, come on surface meaning, come on cash grab, safety masturbating”.

Opener ‘Appropriate’ zet meteen de toon voor de rest van het album. De lo-fi sound wordt hier en daar vakkundig aangevuld met vleugjes funk (‘Suck’) en surfrock (‘JJ’). Die eclectische aanpak is niet altijd even succesvol; het overbodige ‘Interlude’ vindt met z’n plotse violen moeilijk aansluiting in het geheel. Het zorgt wel voor een vloeiende overgang naar de gevoelige titeltrack, waarin dromerige gitaren knipogen naar shoegaze.

Grootste aandachtstrekker blijft de stem van Greer die voor een welkome portie authenticiteit zorgt. Je gelooft haar kwaadheid en laten het nu net bands als Priets zijn die de tijdsgeest gevat in hun muziek weten te vervatten.

Priests spelen 28 mei in Trefpunt Gent (info & tickets).