Priests preekt passie en diversiteit op ‘The seduction of Kansas’

door Pascal Vandenberghe

Nothing feels natural’ sloeg een dikke twee jaar geleden in als een bom. Een week na de inauguratie van Donald Trump kon de timing haast niet perfecter zijn. Het debuut van Priests bevatte met goedgeplaatste, snedige slogans een perfecte soundtrack voor de angst en woede die de Amerikaanse micro-tijdsgeest samenvatte. Rebellie vervat in rechttoe-rechtaan postpunk die aan een ziedend tempo voortbewoog, het bleek een gedroomd antwoord op de verschuivingen in Washington D.C. van een band uit dezelfde stad.

Trump was uiteraard niet de aansteker voor Katie Alice Greers woede, dat was al lang de Verenigde Staten op zichzelf – en dat is op tweede worp ‘The seduction of Kansas’ niet veranderd. De band uit zijn ontevredenheid hier echter op een meer verfijnde manier. Greer schreeuwt het niet uit en deze reis door Kansas gaat niet aan dezelfde rotvaart als waarmee ‘Nothing feels natural’ zich voortbewoog. Dat zorgt in eerste instantie voor een minder constante plaat, maar tegelijk heeft de groep meer ruimte gecreëerd voor experiment, en daar plukt het geheel de vruchten van.

Een grote schare fans trok zijn wenkbrauwen op bij het horen van het titelnummer als lead single. De gejaagde sound van nummers als ‘Appropriate’ of ‘Pink white house’ ruimt plaats voor een toegankelijk en verrassend dansbaar liedje. Voor de band lijkt het een gewaagde zet, maar uiteindelijk valt niet te ontkennen dat het een schot in de roos is. De huilende gitaar en de baslijn maken het nummer een ware oorwurm en geven het tegelijk een onheilspellend karakter. Het tempo mag dan lager liggen, urgent klinkt de groep nog steeds.

Teksten als “It’s the last picture show, all the cowboys they get ready / For a drawn-out charismatic parody of what a country thought it used to be” tonen dat het fileren van de Amerikaanse samenleving en diens identiteit op een meer poëtische, maar daarom niet te cryptische manier gebeurt. De groep vindt in haar lyrics een evenwichtige balans tussen woede en fijnzinnigheid.

Het broedende ‘Not perceived’ is een ander hoogtepunt op ‘The seduction of Kansas’. Directheid maakt plaats voor een cinematisch geluid dat een macabere touch geeft aan Greers meditaties over de oprukkende Big Brother-cultuur. Het repetitieve karakter van ’68 screen’ maakt eveneens voor een opmerkelijk buitenbeentje. Op de maat van droge disco tekent Greer met lyrics als “It’s your movie / You wrote starred and directed it / I may only be your muse / But I’m necessary” sprekend en ondubbelzinning de toe-eigening van zovele actrices hun identiteit uit. U.S. Girls is bij vlagen niet ver weg.

Voor elk uitstapje dat de band maakt, zijn er op ‘The seduction of Kansas’ ook genoeg adrenalineshots te vinden die Priests’ ‘oude’ geluid complementeren. ‘Jesus’ son’ en ‘Control freak’ scheuren als vanouds en een ziedend ‘Good time Charlie’ raast als een allesvernietigende tornado door je hoofd.

Nummers als ‘Youtube Sartre’ en ‘Ice cream’ fungeren qua sound als lijm tussen de experimentelere hoogtepunten en het geshred. Door deze liedjes te bestempelen als fillers zou je ze echter teniet doen, toch verbleken ze wat in contrast met de rest. Op die manier is ‘The seduction of Kansas’ niet volledig in balans, maar bevat de plaat wel genoeg sterke songs die zorgen voor een divers en vooral opwindend geheel. Misschien zelfs een meer geslaagde opzet dan ‘Nothing feels natural’? Alleszins een interessante evolutie.

Priests treedt op 20 mei op in de Botanique (info & tickets).