Bladee en Mechatok klinken schaamteloos vrolijk op ‘Good luck’

door Tobias Cobbaert

Bladee, het meest productieve lid van de Drain Gang-kliek, is wellicht een van de meest polariserende figuren in de hedendaagse hiphop. Veel mensen vinden zijn monotone autotune weerzinwekkend, maar wie over die eerste schrikreactie geraakt wordt al snel verslaafd aan de unieke, melancholische sfeer die hij in zijn muziek neerzet. Met ‘Good luck’, een samenwerking met Berlijnse producer Mechatok, heeft hij nu echter een album gemaakt dat zelfs zijn meest trouwe fanbase verdeelt. Waar Bladee namelijk synoniem stond voor hiphop die getekend werd door kille weltschmerz, klinkt dit album choquerend optimistisch en staan er meer danspop-bangers dan trapbeats op.

De etherische intro weet de positievere vibe meteen goed in breekbare synths om te zetten. Bladee dwaalt nog steeds rond in een bevroren wereld, maar waar hij vroeger de bijtende kou benadrukt, ligt de klemtoon nu op de glinstering van de ijskristallen. Dit resulteert in enkele schattige, ingetogen nummers. “Do you believe in love?” vraagt hij tijdens ‘Sun’ op een manier waarop blijkt dat hij zelf volmondig “ja” antwoordt. Nog liever is ‘You’, waarin de Zweed zingt over het gevoel alsof hij weer voor het eerst verliefd is, ditmaal zonder dat er meteen een hartverscheurende breakup aan verbonden wordt. Tijdens deze lowkey tracks valt het hard op hoe Bladee’s vocals er toch op vooruit zijn gegaan. De extreme autotune is zeker niet verdwenen, maar hij durft steeds meer in een breekbaar falsetto te zingen om wat af te wisselen van zijn typische gewauwel.

De track waarop Bladee het dichtst aanschuurt tegen zijn bekende sound is ‘Drama’. Het is de meest – sorry – dramatische track op het album waarop hij nog eens echt aan het rappen slaat. De ijzige synths van Mechatok geven de track een filmisch gevoel terwijl Bladee zijn meest catchy hooks bovenhaalt. Wie niets heeft met de optimistische sound zal op op z’n minst hiervan kunnen genieten.

Toch zijn het vooral de vrolijke bangers die hier de show stelen. ‘Rainbow’ is een serotoninebom waarop het onmogelijk is om niet te beginnen shaken. De autotunevocals brengen nog steeds een zekere melancholie met zich mee, maar dat op een opbeurende manier. Het klinkt alsof je terugdenkt aan herinneringen die nooit meer terugkeren, maar die je vanbinnen verwarmen. Ook ‘God’, waarop Bladee opnieuw met zijn kopstem pronkt, is een track die niet mis zou staan op de dansvloer.

Het meest uitbundige nummer is ‘Into one’, dat duidelijk als de apotheose van het album dient. Hierop trekt Mechatok alle registers open om een overweldigende, euforische sound neer te zetten die Bladee complementeert met lyrics over nooit eenzaam zijn – wat een contrast met zijn oudere teksten! Afsluiter ‘Grace’ geldt als de comedown na een overweldigende climax.

Onze grootste klacht over ‘Good luck’ is dezelfde die we eerder dit jaar al over ‘Exeter’ hadden: het project is te kort en doet ons naar meer verlangen. Wel zijn de individuele nummers op deze plaat volmaakter waardoor de balans positiever uitdraait. Oude fans die enkel van de depressieve Bladee houden zullen hier niet veel mee kunnen, maar wie doorgaans over zijn autotunegebruik struikelt vindt in dit optimistischere geluid misschien wel de perfecte gateway drug om een echte drainer te worden.