Angel Olsen is een emotionele natuurkracht op ‘All Mirrors’

door Simon Hendrickx

Het dondert en bliksemt een beetje overal waar Angel Olsen vertoeft. Waar het op haar vorige albums hoogstens eens stevig waaide, is er niets dat Olsen nog tegenhoudt op ‘All mirrors’. Subliem, formidabel, luid, orkestraal, timide, ontroerend, guitig… We kunnen nog wel even verder gaan. Zelf staat ze strijdlustig centraal op ‘All mirrors’, het album waarop ze haar eigen grenzen radicaal en onbevreesd verlegt.

Veel van die verlegde grenzen zijn al hoorbaar in het openingsnummer ‘Lark’. Een dikke zes minuten waarin meteen alle registers worden opengegooid. Een lastige liefde toont de Amerikaanse van haar meest rauwe en persoonlijke kant. Het is een merkwaardige vaststelling die we doorheen het album maken. Telkens we dachten dat we haar met een vorige plaat definitief in een hokje konden plaatsen, was dat hokje bij haar volgende werk alweer gedateerd. ‘Burn your fire for no witness’ was alternatief met een rock kantje, ‘My woman’ bracht hetzelfde verhaal in een ander formaat, met band. Die rock-elementen zijn nog steeds aanwezig, alleen zijn ze overladen met meer. De strijkersarrangementen zorgen voor een theatrale toets zonder in kitsch te hervallen.

De hartverscheurende tekstflard “You can go on home, you got what you need/Take my heart and put it up on your sleeve/Tear it up so they can all sing along” uit ‘Pops’ vanop voorganger ‘My woman’ staat nog diep in ons geheugen gekerfd. Op ‘All mirrors’ krijgen we meer van dat soort scherpe schrijfsels. Als er iets is waar Angel Olsen prat op mag gaan, dan zijn het wel haar eigen unieke teksten. Zo zacht ze zalven, zo hard gaan ze tegelijkertijd door merg en been. Van “You say you love every single part/What about my dreams?/What about the heart?/Trouble from the start’” dat de zangeres op ‘Lark’ uitschreeuwt tot het herhalend fluisteren van “Without you” op ‘Tonight’: Olsen vindt zowel puurheid als complexiteit in de eenvoud die ze neerpent.

Wat we eerder al merkten op ‘My woman’ en nu op ‘All mirrors’ ook prominent aanwezig is, is de paringsdans tussen instrumentatie en zang. Wie de teksten van haar nummers opzoekt, zal zien dat die veel korter zijn dan de lengte van haar nummers doen uitschijnen. Tussen tekst en klank ontstaat een perfecte synergie die nooit verveelt. Het lijkt en klinkt allemaal zo simpel, maar achter die simpliciteit schuilt een meesterbrein dat alle touwtjes vakkundig beheerst.

Op ‘All mirrors’ combineert Olsen naar hartenlust genres om zichzelf steeds verder uit haar eigen comfortzone te duwen. De alternatieve folky die we kenden van vorige albums spookt nog steeds door elk nummer, maar doorheen het album worden we voorgesteld aan een veel breder muzikaal spectrum. De zangeres experimenteert met psychedelische klanken op ‘Too easy’, subtiele jazz-tonen klinken door op ‘Endgame’ en zelfs de zwoelere en Jamaicaanse r&b die zo typerend is voor artiesten als Grace Jones zijn te horen op ‘Summer’. Dat is geen teken van besluiteloosheid, maar eerder een bewijs van een artiest die weet waar haar sterktes liggen en hoe ze die op verschillende manieren moet uitspelen.

We zagen een enorme evolutie en groeischeut in zelfvertrouwen van ‘Burn your fire for no witness’ naar ‘My woman’. Hetzelfde en zoveel meer zien en horen we nu op ‘All mirrors’. Angel Olsen is a force to be reckoned with en is onbeschroomd zichzelf. De zangeres weet als geen ander een gevoel naar geluid te vertalen en voor vijf minuten haar luisteraar volledig onder te dompelen in dat gevoel. En dat keer op keer weer.

Angel Olsen speelt 7 februari in De Roma (info & tickets).