Header image

De beste 50 albums van 2023

door Yannick Verhasselt

10. Amaarae – Fountain baby

Met ‘Fountain baby’ presenteert de Amerikaanse Amaarae een tweede langspeler dat zowel vertrouwd als vernieuwend aanvoelt. Het album is een staalkaart van Amaarae’s veelzijdigheid. Genres als afrobeats, neo-psychedelica en alté zijn haar sowieso niet onbekend. Vervoegen het plaatje: funk ostentação, UK funky, tarraxinha en enkele flarden dance hall. Elk nummer is doordrenkt van haar unieke stijl, waarbij invloeden uit verschillende genres moeiteloos in elkaar overvloeien.

Het is opvallend hoe Amaarae’s stem, met die kenmerkende warmte en diepte, centraal staat in elke track. Wat dit album echt onderscheidt, is de cohesie. Ondanks de eclectische mix van geluiden en stijlen voelt ‘Fountain Baby’ als een samenhangend geheel. Het is een plaat die zowel in de club keet kan schoppen als de meer introspectieve momenten thuis tot nadenken zet. Een sophomore om ‘u’ tegen te zeggen en één van de meest belangrijke afrobeats-platen van de laatste jaren. (Yannick)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

 

9. Slowdive – Everything is alive

De pulserende synth-tonen van openingstrack ‘Shanty’ zetten je als luisteraar misschien wat op het verkeerde been. Wanneer de breed uitwaaierende gitaren en drums vervolgens hun intrede doen, is het onmiskenbaar Slowdive en word je meegenomen op een dromerige trip. Wie songs met een duidelijke kop en staart verwacht, is eraan voor de moeite. ‘Everything is alive’ wil vooral sfeer scheppen met aangedikte soundscapes en is niet echt bezig met catchy refreinen of makkelijk in het gehoor liggende dreampop-riffs (zoals dat op voorganger ‘Slowdive’ wel het geval was). In dat opzicht is deze lp ergens een rockversie van ‘Pygmalion’ uit 1995.

Toch heeft de band het schrijven van popsongs nog niet verleerd, zoals het door The Cure-geïnspireerde ‘Kisses’ en ‘Skin in the game’. Prijsbeesten van de plaat zijn echter de sprankelende, eerder genoemde opener en de epische afsluiter ‘The slab’. Het nummer mocht met z’n hypnotiserende geluidsgolven gerust nog enkele minuten langer doorgaan. Zich volledig heruitvinden doet het vijftal uit Leeds niet. Al zorgt het meer in het oog springende gebruik van elektronica wel als een welkome afwisseling in hun oeuvre. Zes jaar was het wachten op nieuw materiaal van deze inmiddels legendarische shoegaze-band, maar het resultaat mag er wel zijn. (Martijn)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

 

8. Billy Woods & Kenny Segal – Maps

De ondergrondse rapkoning Billy Woods kiest opnieuw voor de stoffige beats van Kenny Segal om er zijn teksten over te leggen. Op ‘Maps’ beschrijft Woods allerlei plaatsen die hij de voorbije jaren tijdens het touren heeft gezien, gehoord en geroken. Een soort roadmovie. Al draait het hier om de humor, de scherpzinnigheid en de gedetailleerde vertelling die Woods één van de sterkste rappers van de laatste tien (eigenlijk twintig) jaar maakt.

Neem nu ‘Soundcheck’, waarin hij DOOM-achtig grapt dat hij tijdens elke liveshow zijn eigen lyrics vergeet. Of de lekker cryptische lijn “Crashed out, search for my own black box in the hills” die hij uitspuwt op het dissociërende ‘Bad dreams are only dreams’. Of één van de hoogtepunten ‘FaceTime’, waarin Woods vanuit zijn Easy Jet-zitje mijmert over de wankele staat van zijn relatie. De heerlijke hook van Samuel T. Herring houdt de track stevig recht. Woods concludeert zijn odyssee zoals enkel zijn eigenzinnige zelf het kan: “Sometimes I don’t tell anyone I’m back around”. De koning is na een lange tocht terug in zijn paleis, en smoort het liefst gewoon eerst een joint samen met zijn kat. (Ismaël)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

 

7. Grian Chatten – Chaos for the fly

When I make my move to you, you will know”. Met deze woorden opent Grian Chatten, frontman van Fontaines D.C. zijn solodebuut. Hij klinkt goudeerlijk, een klein beetje doorleefd en een tikkeltje uitgeput. Het album werd geproducet door Chatten zelf, met de hulp van Dan Carey (Speedy Wunderground). Het resultaat is ‘Chaos for the fly’, een plaat die dicht bij de zanger zelf staat – dat willen we toch graag geloven. ‘Fairlies’ klinkt best tijdloos, door de mix van nieuw en oud, eenvoudig en gecompliceerd.

Chattens emoties worden in rauwe teksten gevat. Het voelt alsof de zanger even uit de schijnwerpers van de roem stapt in de schaduw, en dat samengebald heeft tot dit debuut. De ironie wil dat ‘Chaos for the fly’ de frontman nog méér in de spotlight plaatst. De plaat is een ontnuchtering, een waarschuwing en een voortzetting van het talent dat ook bij Fontaines ten berde gebracht wordt. (Jonas Vda)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Spotify

 

6. Model/Actriz – Dogsbody

Jaar na jaar wordt er door critici verklaard dat gitaarmuziek dood is, of dat het instrument toch al een tijdje over z’n hoogtepunt heen is en weinig echt nieuwe, creatieve muziek voortbrengt. Ondergeschrevene zal maar meteen eerlijk toegeven dat hij zijn eigen stem vaak aan dat koor toevoegt. Maar kijk, elk jaar zijn er toch enkele albums die bewijzen dat het verhaal minder zwart-wit is dan dat.

Wat ons betreft kwam het spannendste debuutalbum van 2023 dan ook van de Amerikaanse band Model/Actriz. Op zich is geen enkele van de elementen in het geluid van de groep gloednieuw. Het is een beetje dancepunk, een beetje no-wave, een beetje noiserock. De manier waarop al die ingrediënten samenkomen resulteert echter in een explosieve cocktail die ons eraan herinnert hoe opwindend het kan zijn om een nieuwe band te ontdekken die rockt op een manier die je nog niet eerder hebt gehoord. Veel van dat succes valt ook te wijten aan frontman Cole Haden, die met zijn gehijg constant tussen bloedgeil en miserabel zweeft, op een manier die enkel Jamie Stewart van Xiu Xiu hem al voordeed. (Tobias)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

 

5. Boygenius – The record

Na hun gesmaakte gelijknamige ep, verzilvert Boygenius verder hun status als indie supergroep met hun eerste langspeler. Een plaat waar zo naar uitgekeken werd, had geen creatiever titel nodig dan simpelweg ‘The record’. Dat de verwachtingen ook ingelost werden, spreekt niet enkel voor de métier van de drie samen, ook als hun eigen artiest scoren ze punten wanneer ze een nummer naar zich toe trekken zoals Baker doet op ‘$20’ en Bridgers op ‘Emily I’m sorry’.

Opgenomen in de Shangri-La Studios van Rick Rubin, hangen Lucy Dacus, Phoebe Bridgers en Julien Baker een fragiel maar nooit breekbaar beeld op van de liefde. Een reeks onderlinge liefdesbrieven schetsen wat voor groot en klein moois er te vinden valt in elkaar. Bridgers liet, terecht, in een interview optekenen: “This is like supergroup therapy”. Die (platonische)  liefde wekt Dacus tot leven op ‘True blue’ met “And it feels good to be known so well/ I can’t hide from you like I hide from myself”. Boygenius verkent zichzelf als groep en elkaar en slaagt daar wondermooi in, met ‘Letter to an old poet’ als vervolg op ‘Me & my dog’ van hun eerste ep. ‘The record’ onderstreept het onderzoek dat een sociaal netwerk je levenskwaliteit enkel ten goede komt. (Sarah)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

4. James Blake – Playing robots into heaven

In juni kondigde Blake aan met z’n nieuwe album terug te gaan naar zijn “electronic roots of his Hessle, Hemlock and R&S records days”. Dat melodieënfantast James Blake altijd van puur elektronische muziek had gehouden, is door zijn liveshows, interviews en eerste singles altijd al duidelijk geweest. Toch is het pas op ‘Playing robots into heaven’ dat de beatmaker in de zanger helemaal op de voorgrond treedt. De beats van Blake staan centraal in de plaat. Al draait het natuurlijk niet enkel rond die beats. Blake vervormt z’n eigen stem meermaals tot repetitieve melodieën die gemakkelijk een weg vinden naar je hart en tegelijk mikken op je dansbenen.

Binnenin dat elektronische segment is ‘Playing robots into heaven’ relatief uiteenlopend. Eerste single van de plaat, ‘Big hammer’, wordt gedomineerd door dancehall-samples. Het nummer voelt perfect aan voor een setting laat op de avond in de club, maar dan zonder pompende drums. De titeltrack en afsluiter van het album doet dan weer als ambient aan, terwijl ‘Loading’, binnenin de clubnummers één van de meer typische Blake-songs, het meeste melancholie in zich draagt. ‘If you can hear me’ is dan weer geen clubnummer en toont James Blake op z’n puurst met enkel stem en piano. (Lowie)

Beluister: Apple Music | Soundcloud | Spotify

3. Yves Tumor – Praise a lord who chews but which does not consume; (or simply, hot between worlds)

Geen wonder dat onze gitaarplaat van het jaar ook op deze lijst zo hoogt eindigt. Met ‘Praise a lord who chews but which does not consume; (or simply, hot between worlds)’, alweer hun vijfde studio-album, kiest Yves Tumor voor een duidelijke stralende sound. Vanaf het startschot ‘God is a circle’ tot de afsluiter ‘Ebony eye’ spat de glamour ervan af. Op die laatste vinden we een geweldige theatrale apotheose van waar het album al dan niet knipogen naar geeft. De strijkers schreeuwen Dean Blunt. De rest doet ons wat denken aan Prince. Die horen we vooral terug op nummers als ‘Parody’. Het is fascinerend hoe Yves Tumor toch een apart beeld van zichzelf weet te schetsen. Met eigenzinnige melodieën uit die zich meer als creep dan star: “A parody of a popstar / You behaved like a monster / Is this all just makeup?” . Tumors loopbaan is er eentje van gedaantewisselingen en experimentatie. De homogene sound van deze plaat is een verdienste van talent en toewijding. (Ismaël)

[Lees hier onze recensie]

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

2. Sufjan Stevens – Javelin

Alsof ‘Javelin’ op zichzelf nog niet hartverscheurend genoeg was, kregen we enkele uren na de release ook nog wat context van Sufjan zelf rond de plaat. Het prachtige liefdesrelaas dat hij op z’n nieuwe plaat vertelt droeg hij op aan Evans Richardson, z’n partner die blijkbaar recent was overleden. ‘Javelin’ is de beste Sufjan-plaat sinds Carrie & Lowell en toont, meer dan die ‘Carrie & lowell’, muzikaal zijn twee voornaamste gezichten.

Enerzijds heb je er de pure liedjesschrijver, die grossiert in eerlijkheid en zijn gevezel in prachtige melodieën giet. Anderzijds is er de experimentele Stevens, die we vooral kennen vanop ‘Age of Adz’, die aan die liedjes steevast bombastische elektronische experimenten plakt. Op ‘Javelin’ slaagt Stevens erin om die twee, dikwijls zelfs binnenin dezelfde nummers, enorm natuurlijk met elkaar te combineren. Daarbij worden ze nog eens overgoten met een flinke scheut Sufjan-melancholie. Op een ‘Javelin’-tournee die stopt in België is het nog even wachten aangezien Stevens momenteel nog geveld is door het Guillain-Barrésyndroom, maar zelf is hij er alvast op gebrand om snel terug de oude te zijn. (Lowie)

[Lees hier onze recensie]

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

1. Caroline Polachek – Desire, I want to turn into you

Het is nog niet zo lang geleden dat we Polachek zagen op het podium van Best Kept Secret. Ze had een moeilijke tijd achter de rug en de tranen vloeiden bijna terwijl ze opbloeide in dankbaarheid voor haar crowd. Om het met een cliché te zeggen, Polachek heeft haar hart en ziel in dit album gestoken. De boodschap van deze plaat is er een van euforie en catharsis in een wereld die verteerd wordt door spanning. De eenvoud van het thema staat in subliem contrast tot de muzikaal verfijnde manier waarop dit album popmuziek heruitvindt. De oorwurmende gitaarriff op ‘Sunset’ of de stream-of-consciousnesslyriek op ‘Pretty In Possible’, om maar op te noemen. Ze speelt ook genoeg met genres. Zo zijn er vleugjes drum-and-bass, breakbeat en triphop. Kortom, Polachek zit volledig in haar eigen straatje en er zijn weinig artiesten die ook maar een stoeptegel voelen kunnen.

Opener ‘Welcome to my island’ doet letterlijk dienst als een vliegticket naar haar eiland, haar beleving. Het is een concept van bewust escapisme in een wereld die dat wanhopig van je vraagt. Binnen de pop kan zelfzorg als thema makkelijk hoogdravend overkomen. Waar anderen in de put van zelfverheerlijking vallen, is ‘Desire, I want to turn into you’ een motiverende knuffel. Een thema dat zich leent voor meligheid. Desondanks is het subliem uitgevoerd en dat mede dankzij Polachek’s ongeëvenaarde zangtechniek. Denk aan de subtiele vibrato in ‘Sunset’ of de la-da-da op ‘Blood and butter’ Het is zo feeëriek als een sirene uit de Griekse mythologie, zonder enige kwade bedoelingen. De voyages naar Caroline Polachek’s eiland zijn heen-en-terug, maar laat het duidelijk zijn dat we geen nee zouden zeggen tegen een enkele reis. (Louis)

Beluister: Apple Music | Bandcamp | Soundcloud | Spotify

Lees verder: 1 2 3 4 5